1
Veiligheidsregels
1-4
Deze personen moeten bovendien:
- 18 jaar of ouder zijn,
- lichamelijk en geestelijk geschikt zijn,
- geïnstrueerd zijn over het gebruik of onderhoud van de
machine en tegenover de ondernemer bewezen hebben,
over relevante kennis en vaardigheden te beschikken,
- de indruk maken, dat hen deze taken kunnen worden
toevertrouwd.
1.4.2
Werkzaamheden aan elektrische uitrustingen van de
machine mogen alleen worden uitgevoerd door een elektricien of
door geïnstrueerde personen onder leiding en toezicht van een
elektricien volgens de elektrotechnische regels.
1.4.3
Werkzaamheden aan het onderstel, remsysteem
en stuurinrichting mogen uitsluitend door hiervoor opgeleid
vakkundig personeel worden uitgevoerd!
1.4.4
Aan de hydraulische inrichtingen mag alleen
gewerkt worden door personeel met een specifieke kennis
van en ervaring op het gebied van de hydrauliek.
1.5
Veiligheidsaanwijzingen voor be-
paalde bedrijfsfases
1.5.1
Normaal bedrijf
1.5.1.1 Een bijrijder mag alleen met een daarvoor
bestemde bijrijdersstoel worden vervoerd!
1.5.1.2 De machine alleen vanaf de bestuurdersplaats
starten en bedienen!
1.5.1.3 In- en uitschakelprocédés, controle-indicaties
volgens gebruikshandleidingen (machine en motor) in acht
nemen!
1.5.1.4 Voordat men met de machine gaat rijden of
werken, controleren, of remmen, besturing, signalerings-
en verlichtingsinrichtingen functioneren!
1.5.1.5 Voordat de machine wordt verplaatst, moet steeds
gecontroleerd worden, of de toebehoren zodanig zijn
ondergebracht, dat deze geen gevaar kunnen opleveren!
1.5.1.6 Voordat men met het werk begint, dient men zich
vertrouwd te maken met de werkomgeving. Let dus op
obstakels op het terrein, de verkeersomstandigheden, het
draagvermogen van de ondergrond en zorg ervoor, dat er
zich tussen het werkterrein en de openbare weg een goede
afbakening bevindt.
1.5.1.7 Controleer voor het starten van de machine, of
niemand gevaar loopt!
1.5.1.8 Tref de noodzakelijke maatregelen, zodat de
machine uitsluitend op een veilige manier gebruikt wordt en
goed functioneert. De machine mag pas gebruikt worden,
als de nodige voorzieningen wat betreft veiligheid en
bescherming gemonteerd zijn, zoals bijvoorbeeld
demontabele beveiligingsinrichtingen en geluiddempers.
Deze dienen ook te functioneren.
P070/P071/P085/P086/P100/P101