7
Eerste inbedrijfstelling
7.6
Gedwongen besturing instellen
Maat X moet voor de inbedrijfstelling worden gecontroleerd en evt. worden ingesteld.
Met de trekker achteruit rijden tegen de dissel van de machine tot de koppelingskogel
Ø 80 mm zich onder het trekoog voor de kogelkop-trekhaak Ø 80 mm (1) bevindt.
De functie "Dissel neerlaten" bedienen tot de koppelingskogel zich in de kogelkop-
aanspanning Ø 80 mm (1) bevindt.
De trekkermotor uitschakelen, contactsleutel eruit trekken en meenemen.
De kogelkop-aanspanning Ø 80 mm (1) borgen.
Spoorstang (3) inhaken,
Rechtuit rijden met de trekkercombinatie.
De trekkermotor uitschakelen, contactsleutel eruit trekken en meenemen.
Maat X controleren.
Als de maat niet X=155 mm bedraagt:
ð De spoorstang (4) loskoppelen.
ð De schroefverbinding (4) losdraaien en de spoorstang (4) verlengen resp. inkorten.
ð De schroefverbinding (4) vastdraaien.
Spoorstang (3) inhaken,
I
1
LWG000-016
De afsluitkranen (1) openen.
ð De hendels staan loodrecht (positie II).
Met de trekkercombinatie ca. 50 m langzaam rechtuit rijden.
De trekkermotor uitschakelen, contactsleutel eruit trekken en meenemen.
De afsluitkranen (1) sluiten.
ð De hendels staan horizontaal (positie I).
Visueel controleren of de trekkercombinatie recht staat.
Wanneer de trekkercombinatie niet recht staat, herhaal dan de procedure tot deze recht
staat.
66
zie
Pagina 75.
zie
Pagina 75.
II
1
Originele handleiding 150000953_04_nl
RX 400 GL