Papier en originele documenten in de printer plaatsen
Maximum-
Aandachtspunten
aantal
10 opstrijk-
•
U hebt de instructies op de verpakking voor het plaatsen van opstrijktransfers gevolgd.
transfers
•
De afdrukzijde van de transfers is naar beneden gericht.
•
De papiergeleiders zijn tegen de randen van de transfers geschoven.
Opmerking: Voor optimale resultaten kunt u het beste één transfer per keer in de printer plaatsen.
25 index-
•
De kaarten zijn niet dikker dan 0,635 mm (0,025 inch).
kaarten,
•
De afdrukzijde van het fotopapier is naar beneden gericht.
fotovellen of
•
U hebt het fotopapier in het midden van de lade geplaatst, zoals aangegeven met de omtrek voor fotopapier
briefkaarten
van 4 x 6 inch.
•
De papiergeleiders zijn tegen de linker-, rechter- en onderzijde van het papier geschoven.
Opmerking: Voor optimale resultaten moet u de foto's ten minste 24 uur laten drogen voordat u ze op elkaar
stapelt, laat zien of opbergt.
Papierinstellingen opslaan
U kunt de instellingen voor uw afdruk- en kopieertaken afstemmen op het formaat en de soort van het papier dat u in
de printer hebt geplaatst.
1
Raak in het startscherm
Opmerking: Als u twee laden hebt geïnstalleerd in de printer, raakt u
u Papierinstellingen aan.
2
Pas zo nodig de instellingen aan:
•
Als u het papierformaat wilt instellen, bladert u naar:
Papierformaat > selecteer het standaardpapierformaat >Accepteren
•
Als u de papiersoort wilt instellen, bladert u naar:
Papiersoort > selecteer de standaardpapiersoort >Accepteren
>Papierinstellingen aan.
aan, selecteert u de papierlade en raakt
35