Ontdooien
Na het ontdooien
Reinig en droog de diepvrieszone.
Sluit de deur van het apparaat.
Sluit het apparaat weer aan en scha-
kel het weer in.
Schakel de functie Superfrost in, zo-
dat het in het apparaat weer snel
koud wordt.
Leg de ingevroren levensmiddelen te-
rug in de diepvriesladen en schuif de-
ze weer in de diepvrieszone, zodra de
temperatuur in deze zone laag ge-
noeg is.
Schakel met de Superfrost-toets de
functie Superfrost uit, zodra er een
constante temperatuur van minstens
-18 °C is bereikt.
32