4
Geavanceerde Ableton Live-integratie
4.1
Controlefuncties
4.1.5 AH-knoppen
4.1.6 Knoppen 1-8
In de Instrumentmodus kunnen de AH-knoppen de huidige drumbank wijzigen of het huidige
octaaf in de toetsenbordindeling wijzigen. In de toetsenbordindeling wordt de 'A'-knop
gebruikt als tijdelijke knop voor Sustain (ingedrukt houden om aan te houden).
In de Song-modus schakelt de 'A'-knop tussen Arranger- en Session-weergaven, de 'B'-knop
toont of verbergt de browser, de 'D'-knop toont of verbergt de detailweergave, en de 'H'-knop
schakelt tussen Apparaat- en clipweergaven.
De 8 hoofdknoppen veranderen wat ze regelen, afhankelijk van de modus. In
de Instrument- of Editor-modus worden ze gebruikt om parameters in het
momenteel geselecteerde apparaat of instrument te besturen.
In de Song-modus besturen de knoppen de kanaalparameters:
1
2
5
6
1. Volume
2. Pannen
3. Stuur A
4. Stuur B
5. Stuur C
6. Stuur D
7. Stuur E
8. Stuur F
In de User-modus zijn er 6 pagina's met knopgebruikerstoewijzingen voor 48 mogelijke
knoptoewijzingen. Selecteer een gebruikerspagina op het scherm en wijs vervolgens een knop
toe met behulp van de Live MIDI Map-modus. Merk op dat het mogelijk is om de schermknoppen toe
te wijzen, maar dit wordt niet aanbevolen omdat het tijdelijke schakelaars zijn. Zorg ervoor dat er een
User-pagina is geselecteerd voordat u naar de Live MIDI Map-modus gaat, anders gaat u de User-knop toewijzen.
Tip voor ervaren gebruikers: Deze knoppen hebben een ingebouwde snelheidsvermenigvuldiger. Hoe sneller ze
worden gedraaid, hoe sneller ze min of max bereiken.
3
4
7
8
ATOM SQ
Gebruikershandleiding
36