(Zie afbeelding 14.2)
1. Buitenunit
2. BS-unit
3. Binnenunit
4. Afstandsbediening
5. Bepaalde binnenunits zijn aangesloten
op één BS unit.
Eén van deze afstandsbedieningen is de
masterafstandsbediening.
6. Eén binnenunit is aangesloten op één
BS unit.
Elke afstandsbediening is een masteraf-
standsbediening.
In het geval van het systeem zoals getoond in
afbeelding 15, kan de werkingsmodus door
geen van de afstandsbedieningen geselec-
teerd worden. (Enkel warmteterugwinningse-
rie (RQCEQ))
(Zie afbeelding 15)
1. Buitenunit
2. BS-unit
3. Binnenunit
4. Afstandsbediening
5. Koelen/verwarmen keuzeschakelaar
6. De koelen/verwarmen keuzeschake-
laar is aangesloten op de BS unit.
Met de koelen/verwarmen keuzeschake-
laar kan de werkingsmodus geselecteerd
worden.
De afstandsbediening instellen als master
Houd op de huidige masterafstandsbediening
1
de keuzetoets voor het selecteren van de func-
tie 4 seconden ingedrukt.
Het display dat "
geblokkeerd) toont van alle afstandsbedienin-
gen die op dezelfde buitenunit zijn aangeslo-
ten gaat knipperen.
Druk de keuzetoets voor het selecteren van de
2
functie in op de afstandsbediening die u wilt
instellen als master. De instelling is dan vol-
tooid. De afstandsbediening is ingesteld als
master en het knipperende pictogram
"
" (omschakelen geblokkeerd) ver-
dwijnt.
In het display van de overige afstandsbedie-
ningen wordt het pictogram "
(omschakelen geblokkeerd) weergegeven.
Nederlands
" (omschakelen
"
Veranderen van de werkingsmodus
(Zie afbeelding 10)
Druk bij herhaling op de bedrijfsmoduskeuze-
3
toets van de masterafstandsbediening die niet
"
" (omschakelen geblokkeerd) aan-
geeft totdat de airconditioner op de gewenste
werkingsmodus is ingesteld.
Telkens wanneer de toets ingedrukt wordt ver-
andert het display naar FAN, DRY, AUTO
(Enkel warmteterugwinningserie (RQCEQ)),
COOLING of HEATING.
De overige afstandsbedieningen zonder optie-
rechten zullen volgen en veranderen hun dis-
plays automatisch.
6-6 AANDACHTSPUNTEN BIJ SYSTEEM
MET GROEPSBEDIENING OF BEDIE-
NINGSSYSTEEM MET TWEE
AFSTANDSBEDIENINGEN
Dit systeem kan, naast individueel (een afstandsbe-
diening bedient een binnenunit) nog op twee andere
manieren bediend worden. Raadpleeg uw Daikin
dealer betreffende uw systeem.
• Systeem met groepsbediening
Een afstandsbediening bedient maximaal
16 binnenunits. Alle binnenunits hebben dezelfde
instelling.
• Bedieningssysteem met twee afstandsbedie-
ningen
Één binnenunit kan bediend worden vanaf twee
afstandsbedieningen (bij systemen met groeps-
bediening een groep apparaten). De unit wordt
individueel bediend.
OPMERKING
• Neem, wanneer u de combinatie of de
instelling voor groepsbediening met twee
afstandsbedieningen wijzigt, contact op met
uw Daikin-dealer.
7. OPTIMALE BEDIENING
Neem de volgende punten in acht om te voorkomen
dat het systeem niet goed werkt.
• Stel de luchtuitlaat correct in en voorkom dat de
luchtstroom rechtstreeks op gebruikers van de
ruimte wordt geblazen.
• Stel de kamertemperatuur in op een comfortabele
waarde. Vermijd te sterk verwarmen of koelen.
• Sluit de gordijnen of jaloezieën om tijdens koelen
te voorkomen dat de zon de kamer opwarmt.
• Vaak ventileren.
Goed ventileren wanneer het apparaat intensief
gebruikt wordt.
11