Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van
batterijen
•
Gebruik nooit batterijen of batterijladers die
beschadigd zijn.
•
Gebruik batterijen niet voor andere doeleinden dan
waarvoor ze bedoeld zijn.
•
Wanneer u de telefoon dicht bij een basisstation van
het netwerk gebruikt, gebruikt hij minder stroom. De
spreek- en standbytijden zijn sterk afhankelijk van de
signaalsterkte en instellingen van het netwerk.
•
De oplaadtijd van de batterij is afhankelijk van de
resterende batterijlading en het gebruikte type batterij
en oplader. De batterij kan honderden keren worden
ontladen en opgeladen, maar na verloop van tijd gaat
de kwaliteit van de batterij achteruit. Wordt de
gebruikstijd aanmerkelijk korter, dan is het tijd om een
nieuwe batterij te kopen.
•
Een batterij die niet wordt gebruikt, ontlaadt zichzelf
na verloop van tijd.
•
Gebruik alleen batterijen en opladers die Samsung
heeft goedgekeurd. Gebruikt u de batterijlader niet,
haal dan de stekker uit het stopcontact. Laat een
batterij niet langer dan een week in de oplader zitten.
Dit verkort de levensduur van de batterij.
•
Extreem hoge en lage temperaturen hebben invloed
op de capaciteit van uw batterij. Het kan nodig zijn de
batterij eerst te laten afkoelen of op te warmen voor u
met opladen begint.
•
Leg de batterij nooit in een zeer warme of koude
ruimte, bijvoorbeeld in de auto als het erg warm of
koud is. Daardoor gaan de capaciteit en de levensduur
achteruit. Probeer de batterij zoveel mogelijk op
kamertemperatuur te houden. Het kan zijn dat uw
telefoon met een zeer warme of koude batterij tijdelijk
niet werkt, zelfs als de batterij volledig is opgeladen.
Li-ion batterijen werken met name niet goed bij
temperaturen onder de 0 °C.
•
Maak geen kortsluiting tussen de contacten van de
batterij. Er kan kortsluiting ontstaan wanneer een
metalen voorwerp (bijv. een paperclip of sleutel) direct
contact maakt tussen de + en – polen van de batterij
(metalen strips aan de achterzijde van de batterij). Dit
kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reserve-
batterij in uw zak of tas bewaart. Kortsluiting kan de
batterij (maar ook het voorwerp dat de kortsluiting
veroorzaakt) beschadigen of vernielen.
•
Lever oude batterijen in bij een innamepunt voor
gebruikte batterijen. Laat ze altijd recyclen en gooi ze
nooit bij het normale afval, laat staan in het vuur.
67