5.5.3 Vacuüm-verzegelingsmodus
1. Werkingsmodus kiezen
Druk op de functieknop (E). Als het LED-controlelampje (H) gaat branden, dan is
de verzegelingsmodus geselecteerd. Stel met de instelknoppen „+" of „-" de
verzegelingstijd in het bereik van 0 - 6 seconden in.
2. Vacuümintensiteit kiezen
Druk op de knop vacuum degree (F) om de benodigde vacuümintensiteit in te
stellen. De volgende instellingen zijn mogelijk:
Het bijbehorende LED-controlelampje op het bedieningspaneel gaat branden.
Bij selectie van de optie Adjustable druk je op de instelknoppen „+" of „-" om
tussen de instelwaarden van -999 mbar en -796 mbar te kiezen.
3. Vacumeerzakje in de vacumeerkamer leggen
Open het deksel van het apparaat en leg het te
verpakken levensmiddel in het vacumeerzakje
in de vacumeerkamer.
Let erop dat:
de hoogte van de inhoud van het
vacumeerzakje niet hoger is dan de laslijst.
het vacumeerzakje met de opening boven
de laslijst ligt (zie afb. rechts).
Maak het vacumeerzakje vast met de clip aan
de voorzijde van de vacumeerkamer.
TIP!
Het hele vacumeerzakje met inbegrip van de opening van het zakje moet
zich binnen de vacumeerkamer bevinden.
Max ((29,3 Hg / -999 mbar),
High (29,0 Hg / -999 mbar),
Medium (27,5 Hg / -931 mbar),
Low (26,0 Hg / -881 mbar),
Minimum (23,5 Hg / -796 mbar),
Adjustable (handmatig instelbaar).
- 177 -