Elektrische aansluiting
6.4 Kabels invoeren en aanleggen
6.4
Kabels invoeren en aanleggen
6.4.1
Kabel in de aansluitkast invoeren
De aansluitkabels worden met behulp van een verwisselbare kabelinvoerplaat in de
aansluitkast ingevoerd. De kabelinvoerplaat is standaard niet voorgeboord. Pas het aantal en
de grootte van de schroefverbindingen van de kabels aan volgens de
toepassingsvoorwaarden.
Bij bijbehorende bestelling is de kabelinvoerplaat specifiek voor de klant uitgevoerd.
Kabel in de aansluitkast invoeren
1. Schroef de kabelinvoerplaat af.
2. Boor het nodige aantal gaten of windingen in de benodigde afmeting in de kabelinvoerplaat.
3. Monteer de benodigde kabelinvoerplaat.
4. Voer de kabel door de kabelschroefverbindingen.
5. Monteer de kabelinvoerplaat met de gemonteerde kabels aan de aansluitkast.
6. Sluit de kabeluiteinden volgens het schakelbeeld op de klemmen aan. Het schakelbeeld
Verdere informatie hierover vindt u in het hoofdstuk "Kabels aansluiten ..."
6.4.2
Kabels installeren
● Installeer de kabels volgens IEC / EN 60364-5-52.
● Gebruik EMC- kabelschroefverbindingen voor vast geïnstalleerde leidingen. EMC-
● Gebruik geïsoleerde leidingen waarvan de isolatie via EMC-kabelschroefverbindingen
● Indien contactrails uit aluminium worden gebruikt, moet u tussen kabelschoen en contactrail
● Breng vrijliggende aansluitleidingen zodanig in de aansluitkast aan, dat de aardleiding met
● Sluit niet gebruikte windingen af met een metalen afsluitschroef. Op deze wijze ontstaat
68
– Installeer de kabels en vooral de beschermgeleider in de aansluitkast vrijliggend en
zodanig dat de leidingisolatie niet schuurt.
– Installeer en bevestig extern toegevoerde hulpleidingen afzonderlijk van de
hoofdleiding. Hiertoe zijn op de bodem van de aansluitkast naast de kastwanden
elementen met kabelbinders aangebracht.
vindt u in het deksel van de aansluitkast.
kabelschroefverbindingen bevestigt u in de schroefdraden van de afschroefbare
invoerplaat.
volledig geleidend verbonden is met de aansluitkast van de machine.
een onderlegring uit staal aanbrengen. Hiermee wordt contactcorrosie voorkomen.
extra lengte is aangebracht en de isolatie van de aders niet kan worden beschadigd.
een afdichting tegen hoge frequenties.
SIMOTICS TN Series N-compact 1LH8
Bedieningshandleiding 06/2017