¡ Knallend geluid enkele seconden na het uitschake-
len van de brander. Dit is terug te voeren op het in-
schakelen van het veiligheidssysteem.
→ "Veiligheidssysteem", Pagina 8
6.6 Elektrische kookzone bedienen
Kleine kookzone inschakelen
De bedieningsknop rechtsom op de gewenste stand
▶
draaien.
a De gebruiksindicatie is verlicht.
7 Kookgerei
Deze aanwijzingen helpen u om energie te sparen en
schade aan kookgerei te voorkomen.
7.1 Geschikte pannen
Gebruik uitsluitend kookgerei met een passende dia-
meter. De pan mag niet over de rand van de kookplaat
uitsteken.
Nooit klein kookgerei op grote branders gebruiken. De
vlammen mogen de zijwanden van het kookgerei niet
aanraken.
Brander
Minimale diame-
ter van de bo-
dem van de pan
Sterke brander
20 cm
Normale brander 14 cm
Spaarbrander
12 cm
Elektrische
12 cm
kookzone
Gebruik pannen met gewelfde bodem uitsluitend op de
meer-rings brander.
¡ De kookplaat moet over een meer-rings brander en
extra wok-rooster beschikken.
8 Insteladvies voor het koken
Met de bedieningsknoppen van het apparaat kunt u de
grootte van de vlam op verschillende vermogensstan-
den van 1 tot 9 instellen.
De bereidingstijden en vermogensstanden zijn afhanke-
lijk van het soort, het gewicht en de kwaliteit van de ge-
rechten evenals het type gas en het materiaal van de
pan.
Tips
¡ Kooktips
– Bij het bereiden van soepen, crème, linzen of kik-
kererwten alle ingrediënten tegelijkertijd in het
kookgerei doen.
– Bij pangerechten eerst de olie verhitten. Zodra u
met het braden begint, de temperatuur constant
houden en indien nodig de vermogensstand aan-
passen. Wacht bij het klaarmaken van meerdere
porties tot de bereidingstemperatuur weer bereikt
is. Het voedsel regelmatig keren.
Maximale diame-
ter van de bo-
dem van de pan
26 cm
22 cm
16 cm
18 cm
Kookzone met twee ringen inschakelen
De bedieningsknop rechtsom op
1.
De knop linksom op de gewenste stand draaien.
2.
Om alleen de kleine kookzone te gebruiken, de be-
3.
dieningsknop linksom op draaien en de kookzone
inschakelen.
De kookzone uitschakelen
De knop linksom op draaien.
▶
a Zodra het oppervlak van de kookzone is afgekoeld,
dooft de restwarmte-indicatie.
¡ Het extra wokrooster moet correct zijn gepositio-
neerd.
→ "Accessoires", Pagina 7
7.2 Gebruik van kookgerei
De keuze en de positionering van het kookgerei beïn-
vloeden de veiligheid en energie-efficiëntie van uw ap-
paraat.
→ "Energie besparen", Pagina 6
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Brandbare voorwerpen kunnen vuur vatten.
Tussen het kookgerei en de brandbare voorwerpen
▶
een minimumafstand van 50 mm in acht nemen.
Geen vervormd kookgerei gebruiken. Gebruik uitslui-
tend kookgerei met platte en dikke bodem gebruiken.
¡ Vervormd kookgerei staat niet stabiel op de kook-
plaat en kan kantelen.
Het kookgerei goed in het midden boven de brander
plaatsen.
¡ Het kookgerei kan omkantelen als het niet gecen-
treerd op de brander staat.
Plaats het kookgerei correct op het rooster.
¡ Het kookgerei kan omkantelen als u het direct op
de brander zet.
¡ Om de bereidingstijd te verkorten:
– Een snelkookpan gebruiken, om crèmes en peul-
vruchten te koken. Gebruikt u een snelkookpan,
houd u dan aan de aanwijzingen van de produ-
cent.
– Voordat u pasta, rijst of aardappels toevoegt,
moet het water koken. Pas vervolgens de vermo-
gensstand aan om verder te gaan met de berei-
ding.
– Gebruik bij het koken van rijst en aardappels een
deksel.
Kookgerei nl
draaien.
9