REMKO RVT...DC
5.4 Opstelling binnenunit
De binnenunit is voor horizontale montage aan de
wand boven deuren ontworpen. Deze kan ook
bovenaan de wand (min. 1,75 m boven de vloer)
worden geplaatst.
5.5 Opstelling, montage buitenunit
Opstelplaats buitenunit
n
Het apparaat mag uitsluitend aan een con-
structie of wand worden bevestigd die deze
belasting kan dragen. Let erop dat de buiten-
unit precies loodrecht gemonteerd wordt. De
plaats van installatie moet goed geventileerd
zijn.
n
Om het optredende lawaai zoveel mogelijk te
beperken is het aan te bevelen, het geheel op
vloerconsoles met trillingsdempers te monteren
en een grote afstand tot geluidsreflecterende
wanden te houden.
n
Bij de installatie moeten de op de volgende
pagina aangegeven minimale vrije ruimten
worden aangehouden. Deze minimale
afstanden waarborgen een ongehinderde toe-
en afvoer van lucht. Bovendien moet worden
gezorgd, dat er voldoende ruimte is om de
montage, het onderhoud en reparaties te
kunnen uitvoeren.
n
Wordt de buitenunit in een regio met veel wind
geplaatst, moet het apparaat tegen wind
worden beschermd (Afb. 32). Bij de montage
rekening houden met de sneeuwgrens
(Afb. 33).
n
De buitenunit moet altijd op trillingsdempers
worden geplaatst. De trillingsdempers voor-
komen het overbrengen van trillingen op de
vloeren of muren.
n
Met een verwarmbare condensopvangbak
wordt het wegstromen van condenswater uit de
bak gewaarborgd. Er moet worden gezorgd dat
dit condenswater vorstvrij kan worden afge-
voerd (kiezel, drainage). De voorschriften
betreffende de waterhuishouding moeten
worden opgevolgd.
28
n
Houd bij de plaatsing rekening met de moge-
lijke sneeuwhoogte en tel hier ca. 20 cm bij op,
zodat het hele jaar door het vrij aanzuigen en
uitblazen van lucht gewaarborgd kan worden
(Afb. 33).
n
De opstellocatie van de buitenunit moet in
overleg met de gebruiker in de eerste instantie
op basis van "niet storende geluiden tijdens
bedrijf" worden bepaald en niet op basis van
de "kortste weg". Want: Dankzij de split-tech-
nologie zijn er talrijke verschillende opstelmo-
gelijkheden, bij een nagenoeg gelijkblijvend
rendement.
1
Afb. 32: Bescherming tegen wind
1: Wind
AANWIJZING!
Kies de plaats waar de buitenunit wordt geïn-
stalleerd zodanig, dat de bij het gebruik optre-
dende geluiden niet storend zijn voor de buren
of de gebruikers zelf. U dient zich aan de voor-
schriften wat betreft geluidsoverlast te houden
en de tabel met de tekeningen over het
afstandsafhankelijke geluidsdrukniveau in acht
te nemen.
20 cm
1
Afb. 33: Bescherming tegen sneeuw
1: Sneeuw