De inbouwhaard wordt geleverd met een basisplaat
(A) compleet met rookkanaal (B) en kanaal voor pri-
maire lucht (C).
Voor het monteren dient u als volgt te werk te gaan:
• Controleer de aanwezigheid van een stopcontact op
de achterzijde van de inbouwhaard, zodat deze bereik-
baar is nadat de installatie is uitgevoerd.
• Nadat u de juiste positie van de inbouwhaard heeft
vastgesteld, moet u hem optillen m.b.v. de twee hand-
grepen aan de zijkant (D), vanaf de basisplaat (A).
• Bevestig de basisplaat (A - afb. 2) op de basis in de
openingen die op de rand van de plaat (X) zitten m.b.v.
bouten.
Gebruik als alternatief de bestaande openingen, in
dezelfde basisplaat (Y - afb. 4) m.b.v. schroeven met
verzonken kop (de kop van de schroef mag niet meer
dan 2 mm boven de basisplaat uitsteken).
De klant kan andere gaten maken, ervoor zorgend dat
deze niet overeenkomen met de rails (Z - afb. 4)
• Steek het rookgaskanaal (niet bijgeleverd) op het
rookkanaal (B) en de buis van Ø 40 mm (C1 - niet
bijgeleverd) op het kanaal voor de primaire lucht (C).
De buis van Ø 40 mm (C1 - niet bijgeleverd) kan van-
onder de basisplaat worden geïnstalleerd (A) zie afb. 3.
• Doe de inbouwhaard weer op zijn plaats (afb. 4)
door hem op de basisplaat te schuiven (A - afb. 2) tot
aan de eindaanslag (de inbouwhaard moet worden
vastgeklemd tussen de twee sleuven (E - afb. 2) die
aan de voorzijde zitten van de basisplaat (A - afb. 2).
Zorg ervoor dat de voedingskabel niet wordt platge-
drukt tussen de twee platen.
INDICATIEVE TEKENINGEN, DIE NIET
ALTIJD BETREKKING HEBBEN OP HET
SPECIFIEKE MODEL.
INSTALLATIE
fig. 1
fig. 2
E
fig. 3
X
6,5
15
X
fig. 4
INSTALLATEUR
A
D
B
C1
C
A
B
C
A
C1
X
X
Y
23
15
Z
B
C
15
X
6,5
X