Voordat de camera wordt gebruikt
De batterij verwijderen
■ Op het LCD-scherm worden 4 indicatoren voor de batterijstatus weergegeven.
Indicator voor
batterijstatus
De batterijen zijn
Batterijstatus
volledig opgeladen
INFORMATIE
Belangrijke informatie over het gebruik van batterijen.
● Schakel, als u de camera niet gebruikt, altijd de stroom uit.
● Verwijder de batterij als de camera gedurende lange tijd niet wordt gebruikt.
Batterijen verliezen vermogen met het verstrijken van de tijd en kunnen gaan lekken als u
ze in de camera laat zitten.
● Lage temperaturen (beneden 0°C) kunnen de prestaties van de batterij nadelig beïnvloeden
en kunnen de levensduur van de batterij bekorten.
● De batterij herstelt zich gewoonlijk bij normale temperaturen.
● Bij langdurig gebruik van de camera kan de behuizing warm worden. Dit is volstrekt normaal.
● Als de batterij bijna leeg is, wordt de camera niet ingeschakeld.
Vervang in dat geval de batterij door een nieuw exemplaar.
1. Schakel de camera uit. Draai de vergrendeling van het klepje van
het batterijvak in de richting van de markering OPEN en open het
batterijvak.
2. Schuif de batterijhouder opzij. De batterij
komt nu vrij.
3. Verwijder de batterij en sluit het klepje voor
het batterijvak. Draai de vergrendeling van
het klepje van het batterijvak in de richting
van de markering CLOSE.
Nieuwe batterijen
voorbereiden
De batterijen zijn bijna leeg
(waarschuwingsindicator
(rode kleur: vervang de batterij)
wordt weergegeven)
De batterijen zijn leeg
[17]