A
Buitenunit
B
Binnenunit
C
Warmtapwatertank
D
Energiebeheersysteem
a
Inschakeling vermogenbeperking (4 digitale ingangen)
b
Anti-legionellaverwarming
P
i
a
DI1
DI3
b
DI4
t
P
Opgenomen vermogen
i
t
Tijd
DI
Digitale ingangen (niveaus vermogenbeperking)
a
Vermogenbeperking ingeschakeld
b
Werkelijke opgenomen vermogen
Opstelling
▪ Vraag-printplaat (optie EKRP1AHTA) nodig.
▪ Er worden maximum vier digitale ingangen gebruikt om het
overeenstemmend
niveau
schakelen:
▪ DI1 = zwakste beperking (hoogst energieverbruik)
▪ DI4 = sterkste beperking (laagst energieverbruik)
▪ Raadpleeg het bedradingsschema voor de specificaties van de
digitale ingangen en waarop deze aan te sluiten.
Configuratie
▪ Stel via de gebruikersinterface de instellingen voor de besturing
van het energieverbruik in [A.6.3.1] in (voor de beschrijving van
alle instellingen, zie
"8 Configuratie" op
▪ Selecteer inschakelen door digitale ingangen.
▪ Selecteer het type van beperking (energievermogen in kW of
stroom in A).
▪ Stel het gewenste niveau van vermogenbeperking in dat met
elke digitale ingang overeenstemt.
INFORMATIE
Indien meer dan 1 digitale input (gelijktijdig) gesloten is, is
de voorrang van digitale input vast: DI4 voorrang>...>DI1.
5.6.3
Vermogenbeperking: werking
De buitenunit heeft een betere effectiviteit dan de elektrische
verwarmingen. Om deze reden worden de elektrische verwarmingen
beperkt en eerst AFgezet. Het systeem beperkt het energieverbruik
in de volgende orde:
1
Het beperkt bepaalde elektrische verwarmingen.
Als... voorrang heeft
Productie van warm tapwater
Ruimteverwarming
2
Zet alle elektrische verwarmingen UIT.
3
Beperkt de buitenunit.
4
Zet de buitenunit UIT.
ERHQ+ERLQ011~016 + EHVH11+16S26CBV
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P449976-1B – 2018.02
5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
van
vermogenbeperking
in
pagina 53):
Stel dan de
verwarmingsvoorrang via de
gebruikersinterface in op...
Anti-legionellaverwarming.
Resultaat: De back-
upverwarming (indien van
toepassing) zal als eerste
worden UITgezet.
Back-upverwarming (indien
van toepassing).
Resultaat: De anti-
legionellaverwarming zal als
eerste worden UITgezet.
Voorbeeld
Als de configuratie als volgt is:
▪ Het niveau van vermogenbeperking staat NIET toe dat zowel de
anti-legionellaverwarming als de back-upverwarming samen
werken (stap 1 en stap 2).
▪ Verwarmingsvoorrang = anti-legionellaverwarming.
Dan wordt het energieverbruik als volgt beperkt:
P
h
e
d
c
b
a
A
B
C
P
Geproduceerde warmte
h
C
Verbruikte energie
e
A
Buitenunit
B
Anti-legionellaverwarming
C
Back-upverwarming
te
a
Beperkte werking van de buitenunit
b
Volle werking van de buitenunit
c
Anti-legionellaverwarming AANgezet
d
Stap 1 back-upverwarming AANgezet
e
Stap 2 back-upverwarming AANgezet
5.7
Een externe temperatuursensor
opstellen
U kunt 1 externe temperatuursensor aansluiten. Deze kan dan de
binnen- of buitenomgevingstemperatuur meten. Daikin adviseert een
externe temperatuursensor in de volgende gevallen te gebruiken:
Binnenomgevingstemperatuur
▪ Wanneer een kamerthermostaat de temperatuur regelt, wordt de
gebruikersinterface als kamerthermostaat gebruikt en meet deze
de
binnenomgevingstemperatuur.
gebruikersinterface op een plaats geplaatst worden:
▪ Waar de gemiddelde temperatuur in de kamer gedetecteerd
kan worden
▪ Dit betekent: NIET aan rechtstreeks zonlicht blootgesteld
▪ Dit betekent: NIET in de nabijheid van een warmtebron
▪ Dit betekent: NIET door buitenlucht of tocht door bijv. het
openen/sluiten van deuren
▪ Indien
dit
NIET
afstandsbinnensensor aan te sluiten (optie KRCS01-1).
▪ Opstelling:
voor
installatiehandleiding van de afstandsbinnensensor.
▪ Configuratie: selecteer kamersensor [A.2.2.B].
Buitenomgevingstemperatuur
▪ De buitenomgevingstemperatuur wordt in de buitenunit gemeten.
Daarom moet de buitenunit op een plaats geplaatst worden:
▪ Langs de noordkant van het huis of langs de kant van het huis
waar zich de meeste warmteafgevers bevinden
▪ Dit betekent: NIET aan rechtstreeks zonlicht blootgesteld
▪ Indien
dit
NIET
afstandsbuitensensor aan te sluiten (optie EKRSCA1).
▪ Opstelling:
voor
installatiehandleiding van de afstandsbuitensensor.
▪ Configuratie: selecteer buitensensor [A.2.2.B].
C
e
Daarom
moet
mogelijk
is,
adviseert
Daikin
de
installatie-instructies,
mogelijk
is,
adviseert
Daikin
de
installatie-instructies,
Uitgebreide handleiding voor de installateur
de
een
zie
de
een
zie
de
23