10.4
Sensor kalibreren
Bij uitvoering "Elektrische verstelling van de werkhoogte"
INFO
Op grond van toegestane toleranties van de componenten kunnen de weergaven voor de
kalibratie verschillende waarden bevatten.
2
KSG000-033
Kalibreringsproces
Bij het bereiken van de onderste en bovenste grenswaarde (0 resp. 99) wordt de motor na
beëindiging van de kalibratie niet uitgeschakeld. De weergave is slechts een hulpmiddel ter
oriëntatie van de harkhoogte.
In het algemeen moet eerst de onderste grenswaarde worden aangelopen en gekalibreerd en
vervolgens de bovenste grenswaarde worden aangelopen en gekalibreerd.
Hark
De magneet boven de weergave (2) houden.
ð De weergave knippert 2x de "0".
Æ Daarna wordt de meetwaarde "0" opgeslagen als ondergrens van het meetbereik.
De magneet verwijderen.
Vervolgens de harkhoogteverstelling tot de aanslag omhoog bewegen en daarna 1 tot 2
schroefgangen weer terugbewegen.
De magneet boven de weergave (2) houden.
ð De weergave knippert 5x de "99".
Æ Daarna wordt de meetwaarde "99" opgeslagen als bovengrens van het meetbereik.
De magneet verwijderen.
10.5
Zwaddoek instellen
Gevaar voor letsel bij het gebruiken van de machine zonder zwaddoek
Als de machine zonder zwaddoek wordt gebruikt, bestaat er gevaar voor letsel.
De machine niet zonder zwaddoek gebruiken.
Swadro S 380
Originele handleiding 150001293_02_nl
1
3
WAARSCHUWING
Instellingen
10
Sensor kalibreren
10.4
71