5 Gebruik
5.1 Spanningsbron
1a. -3V ~ 15V
(1) Zet het apparaat aan en schuif de schuifregelaar naar V.
(2) Druk op de S/M toets en kies de SOURCE (uitgang) modus.
(Druk éénmaal op
(3) Voer een spanningswaarde in (inclusief decimaalteken); druk daarna op ENTER.
(4) Sluit de meetkabels of krokodillenklemmen aan op de uitgangsaansluiting
(rood op rood en zwart op zwart).
(5) Sluit daarna de meetkabels of krokodillenklemmen aan op het te kalibreren
voorwerp.
(6) Om de spanning te scannen, raadpleeg het hoofdstuk "Scannen"
(7) Om de datalogging functie te activeren, raadpleeg het hoofdstuk "Datalogging".
Opmerking:
1. U kunt maximaal 5 cijfers invoeren.
2. Wanneer u een waarde voor de spanning invoert (inclusief decimaalteken) en daarna op
ENTER drukt, dan zal de PCE-789 deze spanningswaarde uitgeven.
3. Wanneer de uitgangswaarde lager dan 0 is, voert u eerst een minteken in.
4. Wanneer de uitgangswaarde lager dan 1 en hoger dan 0 is, voert u eerst een "0." in.
Waarschuwing:
1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de ingangsaansluitingen
(terminals) om schade aan de PCE-789 te voorkomen.
2. In geval van een kortsluiting of overbelasting in de uitgangsaansluitingen, kan de PCE-789 niet
de juiste spanning afgeven. Verwijder aangesloten kabels en controleer of er een OUTPUT
ERROR symbool wordt weergegeven.
3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder
alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Verbind de kabel altijd maar met één
aansluiting (SOURCE, MEASURE, of TC).
GEBRUIKSAANWIJZING Kalibrator
om het als startinstelling in te stellen.)
9
PCE-789