Eerste inbedrijfstelling
6.5.2
Interface RS-485
De volgende functies kunnen worden gebruikt via de interface:
•
Opvragen van alle gegevens vanuit de besturing.
–
Druk
–
Bedrijfsmodi van de pomp.
–
Gecumuleerde hoeveelheid van de contactwatermeter "FQIRA+".
–
Alle meldingen, zie hoofdstuk 9.3 "Meldingen" op pagina 12.
–
Alle items in het foutgeheugen.
•
De communicatie met controlecentra.
•
De communicatie met andere apparatuur.
Opmerking!
Zo nodig kunt u het protocol voor de RS-485 interface verkrijgen bij de
Reflex klantenservice.
•
Details over de aansluitingen.
•
Informatie over de beschikbare accessoires.
6.5.2.1
Aansluiting van de interface RS-485
Sluit de interface als volgt aan:
1.
Gebruik voor het aansluiten van de interface de volgende kabel:
–
Liycy (TP), 4 × 2 × 0,8, maximale totale buslengte 1000 m.
2.
Sluit de interface aan op de klemmen 29, 30, 31 van de printplaat in de
schakelkast.
–
Voor het aansluiten van de interface, zie hoofdstuk 6.5 "Elektrische
aansluiting" op pagina 7.
3.
Maak gebruik van een geschikte adapter als u het apparaat in combinatie
met een controlecentrum gebruikt dat niet geschikt is voor een interface
van het type RS-485 (maar bijv. voor RS-232).
6.6
Certificaat voor montage en inbedrijfstelling
Opmerking!
Het certificaat voor montage en inbedrijfstelling vindt u aan het einde
van de bedieningshandleiding.
7
Eerste inbedrijfstelling
Opmerking!
Bevestig het juiste uitvoeren van montage en inbedrijfstelling in het
certificaat voor montage en inbedrijfstelling. Dit is de voorwaarde voor
garantieclaims.
–
Laat de eerste inbedrijfstelling en het jaarlijkse onderhoud
uitvoeren door de Reflex serviceafdeling.
7.1
Vereisten voor de inbedrijfstelling
Het apparaat is klaar voor de eerste inbedrijfstelling nadat de werkzaamheden
afgesloten zijn (beschreven in het hoofdstuk "Montage"). Neem de volgende
aanwijzingen in acht voor de eerste ingebruikname:
•
De montage van het apparaat is voltooid.
•
De wateraansluitingen naar het installatiesysteem zijn tot stand gebracht.
•
De afsluitkranen van het apparaat zijn gesloten.
–
Afsluitkraan vanuit de bijvulleiding "DC" naar het installatiesysteem.
–
Afsluitkraan vanuit de bijvulleiding "WC" naar het verswaternet.
•
De drukbewaking "PIS" is klaar voor gebruik.
•
De elektrische aansluiting is tot stand gebracht volgens de geldende
nationale en lokale voorschriften.
Sluit de netstekker aan op een stopcontact zodat de voedingsspanning van
230 V aanwezig is. De besturing is in de stopmodus.
7.2
Minimale werkdruk P
0
De minimale werkdruk "P
" moet in aanmerking worden genomen bij
0
installatiesystemen met een membraan-drukexpansievat.
Bepaal de minimale werkdruk "P
" voor het apparaat:
0
8 — Nederlands
voor besturing bepalen
Fillcontrol Plus — 19.10.2020 - Rev. C
•
Het apparaat is op hetzelfde niveau (h
membraan-drukexpansievat:
P
= p0
0
•
Het apparaat is dieper geïnstalleerd dan het membraan-drukexpansievat:
P
= p0 + h
/ 10
0
st
•
Het apparaat is hoger geïnstalleerd dan het membraan-drukexpansievat:
P
= p0 - h
/ 10
0
st
P
Minimale werkdruk in bar
0
p0
Voordruk membraan-drukexpansievat in bar
h
Statische hoogte in m
st
Opmerking!
De vuldruk voor het bijvullen van vers water in het installatiesysteem
wordt als volgt berekend:
Vuldruk ≥ P
+ 0,3 bar
0
Opmerking!
Neem bij de planning in acht dat het werkgebied van het apparaat in
het werkgebied van het drukbehoud ligt tussen de aanvangsdruk "PA"
en de einddruk "PE".
7.3
Apparaat met water vullen
Ga als volgt te werk:
1.
Sluit de afsluitarmatuur "BV" (1) naar het installatiesysteem.
2.
Open voorzichtig de afsluitarmatuur in de toevoerleiding "WC" voor vers
water.
7.4
Parameters van de besturingseenheid instellen via het
gebruikersmenu
M.b.v. het gebruikersmenu kunnen installatiespecifieke waarden opnieuw
worden gecorrigeerd of opgevraagd. Tijdens de eerste inbedrijfstelling moeten
eerst de fabrieksinstellingen worden aangepast aan de specifieke voorwaarden
van de installatie.
–
Voor de aanpassing van de fabrieksinstellingen, zie hoofdstuk 9.2
"Instellingen in de besturing tot stand brengen" op pagina 10.
–
Voor informatie over de bediening van de besturing, zie hoofdstuk 9.1
"Bediening van het bedieningspaneel" op pagina 10.
7.5
Functiecontrole
Voer een functionele test van de bijvulklep "WV" uit.
•
Schakel de besturing op handmatige bediening, zie hoofdstuk 8.1.2
"Handbediening" op pagina 9. In de handmatige bedrijfsmodus kunt u de
bijvulklep "WV" handmatig openen en sluiten.
Ga als volgt te werk:
1.
Druk op de knop "Manual".
–
Modus "Levelcontrol": Op het display
knippert "WV".
–
Modus "Magcontrol": Selecteer "WV"
met de pijlknoppen. Op het display
knippert "WV".
2.
Druk op de knop "OK".
–
De bijvulklep wordt geopend. Op het display wordt "WV!"
weergegeven.
–
De op het display weergegeven waterdruk stijgt op de waterdruk van
toevoerleiding voor vers water.
–
Indien de waarde op het display niet stijgt, is de bijvulling gesloten.
De bijvulklep sluit automatisch na 10 s.
3.
Druk op de knop "OK".
–
De bijvulklep wordt gesloten. Op het display wordt "WV"
weergegeven.
De functionele test van de bijvulklep "WV" is voltooid.
= 0) geïnstalleerd dan het
st
2.0 bar
WV!
Vullen