Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Starten En Stoppen Van De Motor - Toro Groundsmaster 4100-D Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Groundsmaster 4100-D:
Inhoudsopgave

Advertenties

Figuur 27
1. Voorste zwenkwielarm
Maaihoogte van maaidekken gelijk stellen
1. Plaats de messen horizontaal op de buitenste assen
van beide zijmaaidekken Meet de afstand van de
grond tot de voorste rand van het mes op elk
maaidek en vergelijk die afstanden met elkaar. Deze
afstanden mogen niet meer dan 3 mm van elkaar
verschillen.
2. Indien nodig moet u de 3 mm afstandstukken
toevoegen aan of verwijderen van de zwenkwielen
van de zijmaaidekken. Controleer nogmaals de
afstand tussen de buitenste randen van beide
zijmaaidekken en stel deze indien nodig bij.
Starten en stoppen van de
motor
Belangrijk: Het brandstofsysteem ontlucht
zichzelf indien zich een van de volgende situaties
voordoet:
• Eerste keer starten van een nieuwe machine.
• De motor is gestopt omdat de brandstof op was.
• Er is onderhoud uitgevoerd aan componenten van
het brandstofsysteem.
Zie Injectors ontluchten in , bladz. .
1. Stel de parkeerrem in werking. Haal uw voet van
het tractiepedaal en let erop dat het pedaal in de
neutraalstand staat.
2. Zet de gashendel op midden stationair.
3. Draai het contactsleuteltje op LOPEN. Het
indicatielampje van de gloeibougie gaat branden.
4. Als het indicatielampje van de gloeibougie dooft,
draait u het contactsleuteltje op START. Laat het
sleuteltje direct los als de motor start en laat dit
weer terugkeren naar Lopen. Laat de motor (zonder
lading) op halfgas warm worden en zet vervolgens
de gashendel in de gewenste stand.
Belangrijk: Laat de startmotor niet langer
dan 15 seconden achter elkaar draaien omdat
de startmotor hierdoor vroegtijdig defect kan
raken. Als de motor na 15 seconden niet wil
starten, moet u het sleuteltje op UIT draaien, de
bedieningsorganen opnieuw controleren, nog
eens 15 seconden wachten en de startprocedure
herhalen.
Als de temperatuur beneden -7° C is, moet u de
bougies twee keer voorgloeien voordat u de motor
voor de eerste keer start. U kunt de startmotor
30 seconden laten draaien; daarna moet u deze 60
seconden afzetten voordat u een tweede startpoging
onderneemt. Dit kunt u twee keer doen.
5. Als de motor voor de eerste keer wordt gestart of
de motor, transmissie of as een revisiebeurt heeft
gehad, moet u de machine een of twee minuten
in de vooruit- en de achteruitstand laten werken.
Controleer ook de werking van de hefhendel
en de aftakasschakelaar om er zeker van te zijn
dat alle onderdelen naar behoren functioneren.
Draai het stuurwiel naar links en naar rechts om
de stuurreacties te controleren. Zet vervolgens
de motor af en controleer op olielekken, losse
onderdelen en andere waarneembare problemen.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
delen tot stilstand gekomen zijn voordat u
controleert op olielekken, losse onderdelen en
andere waarneembare defecten.
6. Om de motor af te zetten, moet u de gashendel
naar achteren op LANGZAAM zetten, de aftakas
uitschakelen, de parkeerrem in werking stellen en
het contactsleuteltje op UIT draaien. Verwijder het
sleuteltje uit het contact om te voorkomen dat de
motor per ongeluk start.
Belangrijk: Laat de motor 5 minuten stationair
lopen voordat u deze afzet of nadat de machine
volledig belast is gebruikt. Indien u dit nalaat,
kunnen er problemen met de turbocompressor
ontstaan.
28

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

30411

Inhoudsopgave