BEDIENING
CONTROLELIJST VÓÓR GEBRUIK
Voordat u met de machine gaat werken, voert u
de volgende stappen uit:
- Inspecteer de machine op eventuele
vloeistoflekkage.
- Controleer de verlichting van de machine.
- Controleer de linker zijwisser op
beschadigingen en slijtage.
- Controleer de hoofdborstels op
beschadigingen en slijtage. Controleer of er
geen draad, touw of koord om de
hoofdborstels is gewikkeld. Verwijder dit zo
nodig.
- Bij machines die zijn uitgerust met cilindrische
borstels: Controleer of de vuilvergaarbak leeg
en schoon is.
- Bij machines die zijn uitgerust met optionele
zijborstel: Controleer of er geen draad, touw
of koord om de schrobborstel is gewikkeld.
- Bij machines die zijn uitgerust met optionele
zijborstel: Controleer de wisser op
beschadigingen en slijtage.
- Bij machines die zijn uitgerust met optionele
voorveegeenheid: Controleer of er geen
draad, touw of koord om de schrobborstel is
gewikkeld.
- Bij machines die zijn uitgerust met optionele
voorveegeenheid: Controleer de filterzak van
het stofbeheersingssysteem.
- Bij machines die zijn uitgerust met optionele
voorveegeenheid: Controleer of de
vuilvergaarbak leeg is.
- Controleer de achterwissers op
beschadigingen en slijtage.
- Controleer de afdichtingen van de vuilwater−
en schoonwatertankdeksels op
beschadigingen en slijtage.
- Controleer of het inlaatfilter van de
vacuümventilator schoon is.
- Controleer de rechter zijwisser op
beschadigingen en slijtage.
- Bij machines die zijn uitgerust met het
optionele ES−systeem: Controleer of het
ES−filter onder in de vuilwatertank schoon is.
20
- Voor FaST−schrobben: Controleer het peil
van het FaST PAK−concentraat. Plaats indien
nodig een nieuwe verpakking. Raadpleeg het
gedeelte HET FaST
PAK−REINIGINGSMIDDEL INSTALLEREN in
deze handleiding.
- Voor FaST− of ec−H2O−schrobben:
Controleer of er geen gewoon
schoonmaakmiddel/onderhoudsmiddel meer
in de schoonwatertank zit. Spoel zo nodig de
tank schoon.
- Voor FaST− of ec−H2O−schrobben:
Controleer of de schoonwatertank is gevuld
met helder, koud water.
- Inspecteer de claxon, koplampen,
achterlichten en zwaailichten en het
achteruitrijalarm (indien aanwezig).
- Controleer of de remmen en het stuur naar
behoren functioneren.
- Controleer de banden op beschadigingen.
- Kijk op het onderhoudsschema of de machine
toe is aan een onderhoudsbeurt.
T16 9008311 (10−2014)