02 Leer uw navigatiesysteem kennen
Bedieningselementen
Positie van toetsenset en IR-ontvanger
02
Het navigatiesysteem wordt met de toetsenset
op het stuurwiel of met de afstandsbediening
bediend.
De toetsenset zit rechts aan de achterzijde van
het stuurwiel.
Richt de afstandsbediening naar de IR-ontvan-
ger in het display van het audiosysteem.
N.B.
De afstandsbediening bevat batterijen van
het type AAA of R03. Als de afstandsbedie-
ning niet werkt, moet u eerst controleren of
de batterijen soms aan vervanging toe zijn.
22
Toetsenset stuurwiel/
afstandsbediening
De toetsenset op het stuurwiel en die op de
afstandsbediening hebben dezelfde functies.
Gebruik de set om menuopties door te nemen,
keuzes te bevestigen of terug te gaan binnen
menu's.
De uitvoering kan per model verschillen.
Navigatietoets
Met de navigatietoets - de stuurpen van de
toetsenset of de pijltjestoetsen van de
afstandsbediening
,
,
en
u tussen de verschillende menuopties. De navi-
gatietoets verplaatst ook de cursor (het dra-
denkruis) op de kaart.
ENTER
Een keuze bevestigen of activeren.
BACK
De laatst verrichte keuze annuleren of terug-
keren binnen de menustructuur.
"Niet storen"
In bepaalde situaties heeft het systeem enkele
seconden extra tijd nodig om een berekening
uit te voeren. Er wordt dan een symbool op het
scherm weergegeven.
N.B.
Als het symbool voor berekenen zichtbaar
is, kan het systeem geen commando's van
de navigatie-, ENTER- of BACK-toets ont-
- bladert
vangen.