Onderband [398]
Als het toerental van de master-aandrijving in de onderband
komt, wordt na een vertragingstijd een extra pomp
stopgezet. Deze vertragingstijd wordt ingesteld in de para-
meter Stopvertraging [39A].
398 Onder Band
A
Stp
Standaard:
10%
Instelbereik: 0-100% van totaal MIN toeren tot MAX toeren
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
Voorbeeld:
Max Toeren = 1500 rpm
Min Toeren = 300 rpm
Onder Band = 10%
De stopvertraging wordt geactiveerd:
Bereik = Max Toeren - Min Toeren = 1500–300 = 1200 rpm
10% van 1200 rpm = 120 rpm
Startniveau = 300 + 120 = 420 rpm
Toerental
Max
"toppomp" stopen
Min
Stopvertraging [39A]
Fig. 84 Onderband
Emotron AB 01-4429-03r2
10%
43168
169/72
Lang, 1=1%
EInt
Onderband
Flow/Druk
(NG_50-PC-13_1)
Startvertraging [399]
Deze startvertraging moet zijn verstreken voordat de
volgende pomp wordt gestart. Een vertragingstijd voorkomt
dat pompen voortdurend blijven in- en uitschakelen.
399 Startvertr.
A
Stp
Standaard: 0 s
Instelbereik: 0 -999 s
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
Stopvertraging [39A]
Deze vertragingstijd moet zijn verstreken voordat de
'toppomp' wordt stopgezet. Een vertragingstijd voorkomt
dat pompen voortdurend blijven in- en uitschakelen.
39A Stop Vertr
A
Stp
Standaard:
0 s
Instelbereik: 0 -999 s
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
0s
43169
169/73
Lang, 1=1s
EInt
0s
43170
169/74
Lang, 1=1 s
EInt
Functiebeschrijving
111