Afspelen en bewerken
Foto's bewerken
Fotobewerkingstaken uitvoeren, zoals formaat wijzigen, draaien of rode
ogen verwijderen. Bewerkte foto's worden als nieuw bestand opgeslagen
met verschillende bestandsnamen. Foto's die zijn vastgelegd in bepaalde
modi kunnen niet worden bewerkt met de functie Afbeelding bewerken.
Afbeeldingen
Blader in de afspeelmodus naar een video en druk op [f]
bewerken:
een optie.
•
U kunt ook afbeeldingen bewerken in de afspeelmodus door een foto te
selecteren en op [m]
•
Sommige afbeeldingen kunnen niet worden bewerkt met de functie
Afbeelding bewerken. Gebruik in dit geval de meegeleverde software voor
het bewerken van afbeeldingen.
•
De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
•
Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera ze automatisch naar een
lagere resolutie. Foto's die u draait of waarvan u het formaat handmatig
wijzigt, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
•
U kunt geen foto's bewerken wanneer u bestanden weergeeft als een map.
Open de map en selecteer een foto om elke foto te bewerken.
z
Afbeelding bewerken te drukken.
Een foto bijsnijden
1
Raak
aan.
2
Sleep de zijkanten van het vak om het formaat van het gebied
aan te passen.
3
Sleep het vak om de locatie van het gedeelte aan te passen.
4
Druk op [f] of raak Gereed aan.
5
Raak
aan om op te slaan.
129