Inbedrijfstelling
Parametertabel
Menu.
Submenu.
Parameter
4.
2.
9
Warmtevraag mode
4.
3
Diagnostiek
4.
3.
0
Ruimte Temperatuur
4.
3.
1
Setpunt Ruimte Temperatuur
4.
3.
2
Aanvoertemperatuur
4.
3.
3
Retour temperatuur
4.
3.
4
Vraag naar warmte in Zone 1
4.
3.
5
Pomp status
4.
3.
7
Relatieve luchtvochtigheid
4.
3.
8
Gewenste aanvoertemperatuur VG
4.
4
Instellingen Module Zone
4.
4.
0
Pomp Modulatie
4.
4.
1
Beoogd delta T voor pompmodulatie
4.
4.
2
Pomp Constante Snelheid
4.
5
Koelmodus
4.
5.
0
T Set Koeling
4.
5.
1
Koeling Temp bereik
4.
5.
2
Regeling
4.
5.
3
Stooklijn
4.
5.
4
Parallelversch
102 / NL
Omschrijving
Standaard
Range - Waarde
0 = Standaard
1 = Tijdprogramma Uitslui-
0
ting
2 = Geforceerde Warmte-
vraag
0 = UIT
1 = ON
0 = UIT
1 = ON
0 = Vast
1
1 = Modulerende op Delta T
2 = Modulerend op druk
20 [HT] of 7 [LT] 4-25
100
20-100
0 = Convector koeling[FC]
0
1 = Vloerkoeling[UFHC]
0 = AAN/UIT Thermostaat
1 = Vaste aanvoer tempe-
0
ratuur
2 = Buitensensor
25 [FC] of 20
18-33 [FC] of 0-60 [UFH]
[UFH]
0°C
(-2.5 – 2.5)°C
Opmer-
kingen
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module