I
NLEIDING
nl
nl-12
1. Schakel het toestel uit met het bedieningspaneel.
2. Wacht tot de ventilatoren gestopt zijn.
Gevaar:
d
De ventilatoren kunnen nadraaien.
3. Laat het toestel afkoelen.
Let op:
c
De warmtewisselaar respectievelijk de verwarmings-
elementen kunnen zeer heet worden.
4. Verbreek de netvoeding (zet de werkschakelaar om).
5. Als u onderhoud of reparaties gaat verrichten aan elektri-
sche onderdelen: schakel de netvoedingsgroep uit.
6. Bij modellen met waterverwarming:
Sluit de CV-toevoer (indien mogelijk).
Waarschuwing:
w
De lamellen van de warmtewisselaar zijn
scherp.
L
UCHTVERWARMER