Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Afmetingen Van De Toegangsdeuren Van De Opstellingsruimte; Vrije Doorgang Vóór De Cellen; Boogvlamvastheid - SGC DF-2 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor DF-2:
Inhoudsopgave

Advertenties

4.1.2.5 Afmetingen van de toegangsdeuren van de opstellingsruimte

De gegeven hoogte- en breedtematen gelden voor alle deuren die toegang bieden tot de
opstellingsruimte. Deze minimum deurmaten gelden dus ook indien de opstellingsruimte
niet rechtstreeks van buitenaf toegankelijk is.
omschrijving
hoogte van de toegangsdeur
breedte van de toegangsdeur
Indien het middenspanningsbord geen transformatorcel(len) bevat, volstaat een
minimale deurhoogte van 2.000 mm.
Indien wèl een transformatorcel is opgenomen, moet altijd rekening worden
gehouden met de afmetingen van de transformatorl. Voor de juiste afmetingen
van de verschillende cellen, zie "Afmetingen en gewichten".
Indien het middenspanningsbord in kelders of souterrains moet worden
opgesteld, moet een toegangsluik worden voorzien waarvan zowel de lengte als
de breedte minimaal 400 mm groter is dan de afmetingen van de grootste cel of
de transformator.
4.1.2.6 Vrije doorgang vóór de cellen
De vrije doorgang vóór de cellen is afhankelijk van de samenstelling van het
middenspanningsbord.
Indien het middenspanningsbord geen transformatorcel(len) bevat, bedraagt de
minimale vrije doorgang 1.500 mm. Beter is een vrije doorgang van 2.500 mm.
Bij middenspanningsborden met een transformatorcel met een vermogen van
≥ 1.000 KVA moet de vrije doorgang minimaal 2.000 mm bedragen.

4.1.2.7 Boogvlamvastheid

Ter voorkoming van ernstige materiële schade en zwaar lichamelijk letsel of elektrocutie in
het (onwaarschijnlijke) geval van een boogvlam gelden de volgende
plaatsingsvoorschriften:
Laat tussen de achterzijde van de cellen en de wand van de opstellingsruimte
minimaal 150 mm vrij. Zodoende kan bij een eventuele boogvlam het
overdruksysteem van de rugplaten functioneren. Zie "Opstelling".
Een transformatorcel mag wèl met de achterzijde tegen de wand worden
geplaatst.
Veranker elke cel van het middenspanningsbord met behulp van vier bouten in de
vloer. Zie "Opstelling".
Koppel de cellen onderling aan elkaar met behulp van het meegeleverde
bevestigingsmateriaal. Zie "Koppeling van de cellen".
Zorg voor correcte montage van de eindpanelen. Zie "Montage van de eindpanelen".
In middenspanningsborden geplaatst conform bovenstaande plaatsingsvoorschriften blijft
de boogvlam altijd beperkt tot het compartiment waarin deze is ontstaan.
NL010601
waarde
min. 2.200 mm
min. 100 mm + breedte van de breedste cel
4-3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave