Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pc-Configurator Aansluiten Op De Buitenunit; Gebruik Van De Lekdetectiefunctie; Over De Automatische Lekdetectiefunctie; Inbedrijfstelling - Daikin RYYQ8U7Y1B Series Montagehandleiding En Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

16.1.9
PC-configurator aansluiten op de
buitenunit
2
3
4
5
a
Pc
b
Kabel (EKPCCAB*)
c
Hoofdprintplaat buitenunit
16.2

Gebruik van de lekdetectiefunctie

16.2.1

Over de automatische lekdetectiefunctie

De (automatische) lekdetectiefunctie is niet standaard geactiveerd.
De (automatische) lekdetectiefunctie werkt alleen wanneer beide
onderstaande voorwaarden zijn vervuld:
▪ De bijgevulde hoeveelheid koelmiddel is ingevoerd in de logica
van het systeem (zie [2‑14]).
▪ Het systeem heeft proefgedraaid (zie
inclusief een uitvoerige controle van de situatie van het
koelmiddel.
De lekdetectiefunctie kan worden geautomatiseerd. Stel de
intervaltijd of de tijd tot de volgende automatische lekdetectie in met
behulp van parameter [2‑85]. Parameter [2‑86] bepaalt of de
lekdetectie één keer (binnen [2‑85] dagen) of intermitterend, met een
interval van [2‑85] dagen, wordt uitgevoerd.
Voor de lekdetectiefunctie moet de bijgevulde hoeveelheid
koelmiddel onmiddellijk na het beëindigen van het vullen worden
ingevoerd. Dit moet worden ingevoerd vóór het proefdraaien.
OPMERKING
Als een verkeerde waarde voor de bijgevulde hoeveelheid
koelmiddel wordt ingevoerd, zal de lekdetectiefunctie
minder nauwkeurig werken.
INFORMATIE
▪ De
gewogen
en
hoeveelheid koelmiddel (niet de totale hoeveelheid
koelmiddel in het systeem) moet worden ingevoerd.
▪ De lekdetectiefunctie is niet beschikbaar wanneer er
Hydrobox-units of RA  DX-binnenunits op het systeem
zijn aangesloten.
▪ De lekdetectiefunctie kan niet worden gebruikt wanneer
het hoogteverschil tussen binnenunits ≥50/40 m is.
RYYQ+RYMQ+RXYQ
VRV IV+ warmtepomp
4P546220-1F – 2023.01
a
c
b
X27A
A1P
Inbedrijfstelling"  [ 4   37]),
"17 
reeds
genoteerde
bijgevulde
17

Inbedrijfstelling

OPMERKING
Algemene controlelijst inbedrijfstelling. Behalve de
instructies voor de inbedrijfstelling in dit hoofdstuk, staat er
ook een algemene controlelijst voor de inbedrijfstelling op
het Daikin Business Portal (aanmelden vereist).
Deze algemene controlelijst voor de inbedrijfstelling is een
aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden
gebruikt als leidraad en sjabloon voor rapportage bij de
inbedrijfstelling en de overdracht aan de gebruiker.
Na de installatie en wanneer de lokale instellingen zijn ingesteld
moet de installateur de goede werking controleren. Hiervoor MOET
het systeem proefdraaien volgens de hierna beschreven procedures.
17.1
Voorzorgsmaatregelen bij de
inbedrijfstelling
VOORZICHTIG
Laat het systeem NIET proefdraaien terwijl aan de
binnenunits wordt gewerkt.
Bij het proefdraaien zullen NIET ALLEEN de buitenunit,
maar ook de aangesloten binnenunit werken. Tijdens het
proefdraaien aan een binnenunit werken is gevaarlijk.
OPMERKING
Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik IN om
de carterverwarming van stroom te voorzien en de
compressor te beschermen.
Tijdens het proefdraaien starten de buitenunit en de binnenunits op.
Controleer of voorbereidingen van alle binnenunits voltooid zijn
(lokale leidingen, elektrische bedrading, ontluchten, ...). Zie de
montagehandleiding van de binnenunits voor meer informatie.
17.2
Controlelijst voor de
inbedrijfstelling
Controleer eerst de volgende punten na de installatie van de unit.
Zodra alle controles zijn uitgevoerd, MOET de unit worden gesloten.
Zet de unit weer aan nadat het gesloten is.
Lees de volledige instructies voor installatie en gebruik,
zoals beschreven in de uitgebreide handleiding voor de
installateur en de gebruiker.
Installatie
Controleer of de unit correct is geïnstalleerd om
abnormale geluiden en trillingen te voorkomen bij het
opstarten van de unit.
Lokale bedrading
Controleer of de lokale bedrading volgens de in het
hoofdstuk
De
elektrische
beschreven instructies, de bedradingsschema's en de
geldende wetgeving is uitgevoerd.
Voedingsspanning
Controleer
de
voedingsspanning
voedingspaneel. De spanning MOET overeenstemmen
met de spanning op het naamplaatje van de unit.
Aardingsbedrading
Controleer of de aardingskabels goed zijn aangesloten en
de aardingsklemmen stevig zijn vastgemaakt.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
17 Inbedrijfstelling
bedrading
aansluiten
op
het
lokale
37

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave