• Bepaalde instellingen voor het gebruik van een netwerk en instellingen voor verificatie kunnen niet
vanuit Beheerdersinstellingen op het apparaat worden geconfigureerd. Om dergelijke instellingen
te configureren, kunt u de internetpagina Beheerdersinstellingen gebruiken. Voor meer informatie
over het openen van de internetpagina Beheerdersinstellingen, zie Pag. 129
"Beheerdersinstellingen openen".
De bewerkingen die kunnen worden uitgevoerd met de geactiveerde pictogrammen zijn als volgt:
Pictogrammen die
worden
weergegeven op
het apparaat
Systeeminstellingen
Systeeminstellingen
Beveiligingsinstelling
Beveiligingsinstellin
gen
Netwerkinstellingen
Netwerkinstellingen
Afdrukinstellingen
Afdrukinst.
Items op de
internetpagina
Hiermee worden de Systeeminstellingen gewijzigd.
Voor meer informatie over het configureren van de
instellingen, zie Pag. 208 "De Systeeminstellingen
wijzigen".
Hier kunt u de beveiligingsinstellingen configureren.
en
Voor meer informatie over het configureren van de
instellingen, zie Pag. 217 "De beveiligingsinstellingen
wijzigen".
Hier worden de MAC-adressen voor bekabelde LAN
en draadloze LAN weergegeven. U kunt hier de
instellingen voor het IP-adres en de Standaard gateway
configureren. Deze instellingen zijn nodig om de
functies waarvoor een netwerkverbinding is vereist,
zoals het externe whiteboard of functies voor
verzenden via e-mail te kunnen gebruiken.
Voor meer informatie over het configureren van de
instellingen, zie Pag. 168 "Netwerkinstellingen
configureren".
Hiermee configureert u de instellingen voor Printeradres
en Printverificatie. Deze instellingen zijn noodzakelijk
om pagina's te kunnen afdrukken.
Voor meer informatie over het configureren van de
instellingen, zie Pag. 234 "De afdrukinstellingen
wijzigen".
De Beheerdersinstellingen openen
Gedrag
163