in een reeks neemt (indien er genoeg geheugen
beschikbaar is).
Druk op de opnametoets als u zes foto's wilt maken.
Houd de opnametoets ingedrukt als u meer dan zes foto's
wilt maken. Laat de opnametoets los als u geen foto's meer
wilt maken. U kunt maximaal 100 foto's maken,
afhankelijk van het beschikbare geheugen.
Wanneer u de foto's hebt genomen, worden deze in een
raster op het scherm weergegeven. Druk op
foto wilt bekijken.
U kunt de reeksmodus ook gebruiken in combinatie met
de zelfontspanner. Wanneer u de zelfontspanner gebruikt,
kunt u niet meer dan zes foto's maken.
Druk op de opnametoets als u terug wilt naar de zoeker
in de reeksmodus.
Zelf op de foto - Zelfontspanner
De zelfontspanner is alleen beschikbaar in de
hoofdcamera.
Met de zelfontspanner kunt u een opname uitstellen, zodat
u zelf ook op de foto kan komen te staan. Selecteer in de
actieve werkbalk
Zelfontspanner
10 seconden
of
20 seconden
stellen. Selecteer
Activeren
activeren. Wanneer de zelfontspanner is geactiveerd, hoort
als u een
>
2
seconden,
om de zelfontspanner in te
om de zelfontspanner te
u een geluidssignaal. De foto wordt genomen wanneer
de geselecteerde vertraging is verstreken.
Als u
Zelfontspanner
wilt inschakelen, selecteert
u
Zelfontspanner
>
Uit
in de actieve werkbalk.
U kunt de reeksmodus ook gebruiken in combinatie met
de zelfontspanner.
Tip! Selecteer
Zelfontspanner
actieve werkbalk zodat uw hand stil is wanneer u de
foto maakt.
Video's opnemen
1
Open het toetsenbord om de hoofdcamera te activeren.
Kies
Naar videomodus
camera zich in de
Afbeeldingsmodus
2
Druk op de opnametoets om de opname te starten.
Gebruik in de modus Staand de bladertoets om een
opname te maken. Het rode opnamepictogram
wordt weergegeven en er klinkt een geluidssignaal om
aan te geven dat de opname is gestart.
3
Selecteer
Stop
om de opname te stoppen. De videoclip
wordt automatisch opgeslagen in de map
video
van Galerij. Zie 'Galerij' op pag. 31.
De maximumlengte van de video is 60 minuten
(als er voldoende geheugen beschikbaar is).
>
2 seconden
in de
in de actieve werkbalk als de
bevindt.
Afb. en
27