Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Blazen Zetten - kleiss & co BZA-4-G1 Handleiding

Met voordrukmeting dn 80 – 200
Inhoudsopgave

Advertenties

4.5 Blazen zetten

De blaas wordt na het voorbuigen aan de manometerstang bevestigd
(steeksleutel SW 27 gebruiken). De blaas wordt d.m.v. de blazenpomp
vacuüm gezogen en de ¼" kogelkraan aan de manometer gesloten.
TIP
De oppompmanometer geeft nu een druk aan van -1 bar
(drukbereik –1 bar tot +9 bar).
Hierdoor kan de telescoop in de blaas niet meer inschuiven en is de
blaas het smalst om te kunnen zetten..
De blaas met de manometerstang in de lans schuiven, zodat de
richting van de voorbuiging gelijk is aan de zetrichting (= dus in de
tegenovergestelde richting van de 3/4" ontluchtingskraan op de lans).
De kap van de manometerstang met de hand vastdraaien en
vervolgens de manometerstang geheel tot de aanslag terugtrekken.
Alle afsluiters sluiten!
De 2 ½" kogelkraan openen, het gas stroomt nu in het apparaat.
Bedien het toetsel altijd met 2 handen! Houd één hand op de slinger
van de aandrijfkast en ontgrendel met de andere hand de borgpen om
de zakpijp in de leiding te laten zakken.
VOORZICHTIG Zorg ervoor dat u de hendel van de tandwielkast bij het
plaatsen in de leiding en het verwijderen uit de leiding stevig vasthoudt om
het ongecontroleerd ronddraaien van de hendel door de leidingdruk te
voorkomen.
Op beide geleidingsstangen is de juiste invoerdiepte aangegeven.
Eén geleidingsstang met de maatbereiken voor PE leidingen:
DN 90-125, DN 140-180 en DN 200-225. De tweede geleidingsstang
met de maatbereiken voor stalen leidingen:DN 80-100 en DN 125-200.
INFO: (De juiste markering bevindt zich bij correcte invoerdiepte direct
boven de tandwielkast!). Het toestel wordt gefixeerd, zodra de borgpen
in de betreffende uitsparing schiet. De juiste zetdiepte kan gecontrolleerd
worden met de meegeleverde liniaal (Afb. A).
Plaats, nadat het toestel geborgd is, de veiligheidsclip (Afb. B) op één van de
geleidingsstangen. Hiermee wordt voorkomen dat het toestel volledig
omhoog kan komen.
Afb. A
De blaas met de manometerstang naar beneden brengen, zodat
de blaas in de leiding glijdt. De manometerstang wordt dan zover
teruggetrokken dat de vereiste stanglengte 100 mm is (zie afbeelding).
Maatgevend hierbij is dat de maat gemeten wordt als de blaas op druk staat.
Indien wenselijk kan de leiding ter plaatse van de blaas verstevigd
worden door middel van een (verlengd) RVS zadel.
Handleiding BZA-4-G1-NL 20201013
Afb. B
P a g i n a
| 16

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor kleiss & co BZA-4-G1

Inhoudsopgave