9. Technische specificaties
9.1 Gegevens en bedrijfsomstandigheden
Voedingsspanning
Motorbeveiliging
Behuizingsklasse
Isolatieklasse
Relatieve vochtigheid
Systeemdruk
Voordruk
EMC (elektromagnetische
compatibiliteit)
Geluidsdrukniveau
Omgevingstemperatuur
Temperatuurklasse
Oppervlaktetemperatuur
Vloeistoftemperatuur
Specifieke EEI-waarden
Om condensatie in bedieningspaneel en stator te voorkomen
moet de vloeistoftemperatuur altijd hoger zijn dan de omgevings-
temperatuur.
Omgevings-
temperatuur
Min.
[°C]
0
10
20
30
35
40
De ALPHA1 pomp kan echter werken bij omgevings-
temperaturen die hoger zijn dan de vloeistoftempera-
tuur als de plugaansluiting in de pomp naar beneden
wijst.
1 x 230 V ± 10 %, 50 of 60 Hz, PE
De pomp heeft geen externe motorbeveiliging nodig.
IPX4D
F
Maximaal 95 % RV
Maximaal 1,0 MPa, 10 bar, 102 m opvoerhoogte
Vloeistoftemperatuur
≤ 75 °C
90 °C
110 °C
EMC-richtlijn (2014/30/EU).
Gebruikte normen:
EN 55014-1:2006/A1:2009/A2:2011
EN 55014-2:2015
EN 61000-3-2:2014
EN 61000-3-3:2013
Het geluidsdrukniveau van de pomp is lager dan 43 dB(A).
0-40 °C
TF110 tot EN 60335-2-51
De maximale oppervlaktetemperatuur zal niet hoger zijn dan +125 °C.
2-110 °C
EEI ≤ 0,20
Vloeistoftemperatuur
Max.
[°C]
[°C]
2
110
10
110
20
110
30
110
35
90
40
70
Minimale voordruk
0,005 MPa, 0,05 bar, 0,5 m opvoerhoogte
0,028 MPa, 0,28 bar, 2,8 m opvoerhoogte
0,108 MPa, 1,08 bar, 10,8 m opvoerhoogte
15