K
EUZE VAN DE MONTAGEPLAATS
De EUWAC-unit moet worden gemonteerd op een plaats die voldoet
aan de volgende voorwaarden:
1
De fundering is stevig genoeg om het gewicht van de unit te
dragen en de basis is vlak om trillingen en geluidsoverlast te
voorkomen.
2
Er is voldoende vrije ruimte rond de unit voor het onderhoud en
de
luchtinlaat
en
-uitlaat. (Raadpleeg
afbeelding 3.)
Wanneer u meerdere units zij aan zij parallel installeert, moet
u rekening houden met de minimale onderhoudsruimte tussen
de units.
3
Er kan geen brand ontstaan als gevolg van lekkage van licht
ontvlambare gassen.
4
De uitgeblazen lucht noch het geluid voortgebracht door de unit
mogen storend werken op de omgeving.
5
De luchtinlaat- en uitblaas van de unit mogen niet tegen de
windrichting in gemonteerd zijn. Frontale wind kan de werking
van de unit belemmeren. Breng indien nodig een windscherm
aan om de wind te blokkeren.
6
Zorg ervoor dat het water niets kan beschadigen mocht dit uit de
unit druppelen (bijvoorbeeld in geval van een geblokkeerde
afvoerleiding).
7
Voorzie een afvoer en zorg dat er
voldoende ruimte is om een sifon
te installeren met een minimaal
hoogteverschil van 75 mm tussen
de afvoeruitlaat van de unit en de
afvoer.
De apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met
ontploffingsgevaar.
C
ONTROLE EN BEHANDELING VAN DE UNIT
De EUWAC-units zijn verpakt in een kartonnen doos en vastgemaakt
op een houten pallet.
Bij de levering moet de verpakking worden gecontroleerd. Eventuele
schadeclaims moeten onmiddellijk worden doorgegeven aan de
bevoegde expeditie-agent.
Bij het behandelen van de unit dient u de volgende punten in acht te
nemen:
1.
Volg de instructies op die zijn aangegeven door een symbool op de
verpakking:
Breekbaar, ga voorzichtig om met de unit.
Houd de unit in verticale positie om beschadiging van de
compressor te voorkomen.
Gebruik geen banden om de unit te verplaatsen.
2.
Hef de unit bij voorkeur op met een vorklift, een handbediende
palletverplaatser of een kraan en riemen.
3.
Bij
het
opheffen
van
u beschermstukken te gebruiken om te voorkomen dat de riemen de
unit beschadigen. Houd ook rekening met het zwaartepunt van de
unit.
4.
Breng de unit zo dicht mogelijk bij de plaats van montage in de
oorspronkelijke verpakking om beschadiging tijdens het vervoer te
voorkomen.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
3
afbeelding 2
75 mm
de
unit
met
een
hijskraan
U
ITPAKKEN EN MONTEREN VAN DE UNIT
1
Snijd de riemen door en verwijder de kartonnen doos rond de
unit.
2
Verwijder de vier schroeven waarmee de unit aan het palet is
bevestigd.
3
Hef de unit op en zet deze op de montageplaats.
4
Sluit de luchtinlaat (onderste deel van de unit) aan op de
en
luchtinlaatleiding en de luchtuitlaat (bovenste deel van de unit)
op de luchtuitlaatleiding. Werk altijd met een flexibele verbinding
tussen de leidingflenzen van de unit en de leidingen om
trillingen en lawaai te voorkomen.
Monteer een beveiligingsrooster voor de luchtuitlaat
om te voorkomen dat iemand de ventilatorschoepen
zou aanraken. De bescherming moet voldoen aan de
Europese en nationale voorschriften terzake.
Wanneer u de unit aansluit op de leiding, zal de druk
LET OP
dalen en vermindert de luchtstroom.
De totale daling van de externe druk moet beperkt
blijven tot 100 Pa voor de EUWAC5 en 150 Pa voor de
EUWAC8+10. (Raadpleeg
voor de berekening van de daling van de externe druk)
Het ventilatoraandrijfwiel is standaard ingesteld om te
werken bij een externe statische druk van 0 tot 150 Pa
voor de 8 en 10 pk-modellen. Andere instellingen van
het aandrijfwiel zijn ook mogelijk om de luchtstroom,
en zo ook het geluidsniveau van het toestel, te
verminderen. Een kleinere luchtstroom kan echter ook
leiden tot slechtere prestaties (raadpleeg
opsporing" op pagina
Zie ook
van de ventilator.
5
Maak de unit vast met behulp van vier ankerbouten.
6
Verwijder de bovenste en onderste onderhoudsplaat.
7
Sluit de afvoeruitlaat aan één kant aan op de afvoer. Installeer
een sifon met een minimaal hoogteverschil van 75 mm in de
afvoerleiding om te voorkomen dat de negatieve druk die wordt
geproduceerd door de ventilator de afvoer hindert (zie de
afbeelding in hoofdstuk
pagina
3).
B
ELANGRIJKE INFORMATIE OVER HET GEBRUIKTE
KOELMIDDEL
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen die onder het Kyoto-
protocol vallen. Laat de gassen niet vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype:
(1)
GWP
waarde:
(1)
GWP = Global Warming Potential (globaal opwarmingspotentieel)
De hoeveelheid koelmiddel staat vermeld op het naamplaatje van de
unit.
dient
"Bijlage II" op pagina 21
17).
"Bijlage III" op pagina 22
voor de kenmerken
"Keuze van de montageplaats" op
R407C
1652,5
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen
"Storings-
EUWAC5~10FBZW1
4PW61657-1 – 07.2010