Oplossen van moeilijkheden
Probleem
Bij
spelen
van
een
instrument kloppen de sleutel of
de afstemming niet.
Automatische begeleiding of ritme
kan niet worden opgenomen.
Niet mogelijk om data van de
akkoordbegeleiding bij een
computer op te nemen.
Statische ruis wanneer een
microfoon is aangesloten.
Geen microfoongeluid
De kwaliteit en het volume van
een toon kunnen uitwat anders
klinken afhankelijk van waar deze
op het toetsenbord gespeeld
wordt.
D-52
Mogelijke oorzaak
ander
Transponeren of stemmen is op
een andere waarde dan 00
ingesteld.
Een spoor anders dan Spoor 1 is
ingesteld als opname spoor.
De ACCOMP OUT functie is
uitgeschakeld.
1. Een microfoon wordt gebruikt
die anders is dan het aanbevolen
type.
2. De microfoon wordt gebruikt in
de omgeving van TL-verlichting.
1. De
instelling
microfoonvolume is te laag.
2. De aan/uit schakelaar (ON/
OFF) van de microfoon is
uitgeschakeld (OFF).
Dit is een onvermijdelijk bijproduct van het digitale 'sampling' proces* en duidt niet op
een defect.
* Meerdere digitale samples (ook wel stalen of monsters genoemd) worden genomen
in het lage, het midden en het hoge bereik van het originele muziekinstrument die
dan de basis vormen om de overige tonen na te bootsen. Hierdoor kan het voorkomen
dat er zich kleine verschillen in toonaard en volume kunnen voordoen tussen de
bereiken van de samples.
Gebruik de SETTING toets om de
van
toepassing
instelschermen te verkrijgen en
zowel transponeren als stemmen
op 00 in te stellen.
Stel Spoor 1 in m.b.v. de
spoorkeuzetoetsen. (Spoor 2 is het
melodiespoor.)
Schakel de ACCOMP OUT functie
in.
1. Gebruik een microfoon van het
aanbevolen type.
2. Verplaats de microfoon weg van
de bron van de statische ruis.
van
het
1. Verhoog de instelling van het
microfoonvolume.
2. Zet de aan/uit schakelaar (ON/
OFF) van de microfoon op aan
(ON).
Handeling
zijnde
Zie pagina
Pagina's
D-45, 56
Pagina D-40
Pagina D-50
Pagina D-29
Pagina D-29
Pagina D-29
Pagina D-29
706A-D-054A