koelmiddel moet worden bijgevuld volgens de hieronder beschreven
procedure.
Procedure 1: Vullen terwijl de buitenunit stilstaat
Raadpleeg
afbeelding
6.
1
Ga na hoeveel extra koelmiddel (gewicht) moet worden
bijgevuld in het hoofdstuk "Bijvullen van extra koelmiddel" in
"Berekening van het bij te vullen extra koelmiddel" op pagina 10
en noteer de hoeveelheid op het label "Bijvullen van extra
koelmiddel" dat zich op de unit bevindt.
2
Open na afloop van het vacuümdrogen klep A en vul het extra
koelmiddel bij in vloeibare toestand via de servicepoort van de
vloeistofafsluiter en houd hierbij rekening met de volgende
instructies:
-
Schakel de voeding van de buitenunit, besturingskast en
luchtbehandelingsunits in.
-
Controleer of de gas- en vloeistofafsluiters dicht zijn.
-
Stop de compressor en vul de gewenste hoeveelheid
koelmiddel bij.
Voorkomen van een defecte compressor. Vul niet
meer koelmiddel bij dan voorgeschreven.
Als de totale hoeveelheid koelmiddel niet kan worden
bijgevuld terwijl de buitenunit stilstaat, kunt u het
koelmiddel ook bijvullen door de buitenunit te laten
werken met de koelmiddelvulfunctie (raadpleeg
"Instelmodus 2" op pagina
Vullen terwijl de buitenunit werkt" op pagina 11
Procedure 2: Vullen terwijl de buitenunit werkt
Zie de afbeelding in
"Aansluiten van de tank" op pagina
1
Open de gaszijdige en vloeistofzijdige afsluiters volledig. Klep A
moet volledig gesloten worden gelaten.
2
Sluit het voorpaneel en schakel de voeding van de besturings-
kast, luchtbehandelingsbinnenunit en buitenunit in.
3
Open klep A onmiddellijk na het starten van de compressor.
4
Vul het koelmiddel bij in vloeibare toestand via de servicepoort
van de afsluiter van de vloeistofleiding.
5
Terwijl de unit stilstaat en in instelstand 2 (raadpleeg
voor het
opstarten,
"De modus instellen" op pagina
de vereiste functie A in (extra koelmiddel bijvullen) op
(AAN). De werking begint. De knipperende H2P-led geeft de
testwerking aan, en op de afstandsbediening verschijnt
(testwerking) en
(externe besturing).
6
Druk op de
BS3 RETURN
heid koelmiddel is bijgevuld. De werking stopt.
De werking stopt automatisch na 30 minuten.
Herhaal stap
5
als het koelmiddel niet binnen 30 minuten is
bijgevuld.
Als de unit onmiddellijk na het herstarten stilvalt, kan dit
betekenen dat het systeem overvuld is.
Dit is de maximale hoeveelheid koelmiddel waarmee u het
systeem kunt vullen.
7
Draai klep A dicht nadat u de koelmiddelvulslang hebt
verwijderd.
Montagehandleiding
11
16) en volg
"Procedure 2:
10.
Controle
16), stelt u
-knop zodra de opgegeven hoeveel-
11. W
ERK AAN DE ELEKTRISCHE BEDRADING
Een erkend elektricien moet instaan voor de volledige
bedrading.
Alle lokaal geleverde onderdelen en elektrische
constructies moeten voldoen aan de van toepassing
zijnde plaatselijke en landelijke voorschriften.
Informatie voor personen die instaan voor de
elektrische bedrading:
Gebruik de unit niet alvorens de koelmiddelleidingen com-
pleet zijn. (Wanneer u de unit gebruikt voor de leidingen
klaar zijn, kan de compressor beschadigd worden.)
11.1. Interne bedrading – Tabel met onderdelen
L .............................Stroomvoerend
N.............................Spanningsvrij
............Lokale bedrading
.....................Klemmenstrook
..........................Connector
..........................Beschermende aarding (schroef)
...........................Aansluiting
........................Relaisconnector
op.
............................Functionele aarding
...........................Aansluitklem
..........................Beweegbare connector
..........................Vaste connector
BLU ........................Blauw
BRN........................Bruin
GRN .......................Groen
RED........................Rood
WHT .......................Wit
YLW........................Geel
ORG .......................Oranje
BLK.........................Zwart
A1P.........................Printplaat (hoofd)
ON
A2P.........................Printplaat (inverter)
A3P.........................Printplaat (ontstoringsfilter)
A4P.........................Printplaat (keuzeschakelaar koelen/verwarmen)
BS1~BS5................Drukknopschakelaar
C1~C3R .................Condensator
C4...........................Condensator
DS1 ........................DIP-schakelaar
E1HC......................Carterverwarming
F1U, F4U................Zekering (T 6,3 A/250 V)
F6U.........................Zekering (T 5,0 A/250 V)
FINTH.....................Thermistor (lamel)
H1P~H8P ...............Lichtgevende diode (servicemonitor oranje)
H2P ........................Storingsdetectie: brandt
HAP ........................Lichtgevende diode (servicemonitor groen)
K1M ........................Magnetische contactgever (M1C)
K1R ........................Magneetrelais (Y1S)
K2R ........................Magneetrelais (Y2S)
(werking,
terugkeren, controle, terugstellen)
Voorbereiding, test: knippert
Condensorunit met inverter
instelling,
ERQ100~140A7V1B
4PW51321-1B – 2018.04