Pagina 1
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing Inverter-buitenunit voor AHU-optiekit en luchtgordijnen ERA200AMYFB Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing ERA250AMYFB Nederlands Inverter-buitenunit voor AHU-optiekit en luchtgordijnen ERA300AMYFB...
Pagina 2
[mm] — ≥100 A, B, C — ≥100 ≥100 ≥100 B, E — ≥100 ≥1000 ≤500 A, B, C, E — ≥150 ≥150 ≥150 ≥1000 ≤500 — ≥500 D, E — ≥1000 ≥1000 ≤500 B, D — ≥100 ≥1000 B, D, E <H ≤½H ≥250...
Pagina 3
Lowest underground floor All other floors No safety measure No safety measure NOT allowed Alarm + Natural ventilation m [kg] m [kg] [m²] [m²] m [kg] Lowest underground floor All other floors m [kg] Lowest underground floor All other floors No safety measure Alarm OR No safety measure...
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Voor de installateur 11 Over de doos 11.1 De buitenunit hanteren .............. 16 1 Over dit document 11.2 Om de toebehoren van de buitenunit uit te nemen ....17 2 Specifieke veiligheidsinstructies voor de 11.3 De transportbescherming verwijderen........17 installateur 12 Over de units en opties Instructies voor apparatuur met R32-koelmiddel.......
De nieuwste revisie van de meegeleverde documentatie staat op de 18.1.7 Stand 2: lokale instellingen ......... 40 regionale Daikin-website en is verkrijgbaar via uw dealer. 18.1.8 Lokale instelling binnenunit......... 41 De originele instructies zijn opgesteld in het Engels. Alle andere 19 Inbedrijfstelling talen zijn vertalingen van de oorspronkelijke instructies.
2 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Koelmiddel vullen (zie "16 Koelmiddel vullen" [ 4 33]) VOORZICHTIG leidingen MOETEN worden geïnstalleerd zoals WAARSCHUWING leidingen" [ 4 28]. beschreven in "15 Installatie van de ▪ Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar Alleen mechanische verbindingen...
2 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING VOORZICHTIG ▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde Laat het systeem NIET proefdraaien terwijl aan de nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken. binnenunit(s) wordt gewerkt. ▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via Bij het proefdraaien zullen NIET ALLEEN de buitenunit, een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de maar ook de aangesloten binnenunit werken.
3 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING VOORZICHTIG De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten Gebruik GEEN potentiële ontstekingsbronnen bij het overeenstemmen met de instructies van Daikin en met de zoeken naar of detecteren van koelmiddellekken. geldende wetgeving (bijvoorbeeld nationale OPMERKING gasregelgeving) en mogen ALLEEN door bevoegde personen worden uitgevoerd.
WAARSCHUWING reparaties en gebruikte materialen Controleer vóór het gebruik van de unit moeten overeenstemmen met de of zij correct werd geïnstalleerd door instructies van Daikin (inclusief alle een installateur. documenten vermeld Onderhoud en service (zie "7 Onderhoud en service" [ 4 13]) in"documentatieset") en daarnaast ook...
Pagina 10
3 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING ▪ Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding UIT, verlucht de Als het netsnoer beschadigd is, MOET ruimte en neem contact op met de de fabrikant, zijn vertegenwoordiger, dealer waar u de unit hebt gekocht. zijn servicevertegenwoordiger of gelijkaardige bevoegde personen het ▪...
4 Over het systeem Oplossen van problemen (zie "8 Opsporen en verhelpen van WAARSCHUWING storingen" [ 4 14]) ▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer de unit NIET zelf aangezien een verkeerde demontage WAARSCHUWING of installatie een elektrische schok of brand kan Stop de werking en schakel de veroorzaken.
5 Gebruikersinterface EKEXVA Expansieklepkit Koelen Verwarmen Buitenunit Binnentemperatuu 21~32°C droge bol 15~27°C droge INFORMATIE 14~25°C natte bol ▪ Deze apparatuur niet ontworpen voor Binnenvochtigheid ≤80% koeltoepassingen het hele jaar door bij een lage Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water uit de binnenvochtigheidsgraad, zoals bijv.
7 Onderhoud en service Warme start OPMERKING Om te voorkomen dat bij het begin van verwarmen koude lucht uit Schakel de voeding niet meteen uit nadat de unit is binnenunit wordt geblazen, wordt binnenventilator gestopt, maar wacht minstens 5 minuten. automatisch stilgelegd.
8 Opsporen en verhelpen van storingen Dienst-na-verkoop Storing Maatregel Koelmiddellek ▪ Het systeem voert stappen uit. Schakel (foutcode de voeding NIET UIT. 7.3.1 Aanbevelingen voor onderhoud en ▪ Verwittig uw installateur en geef hem de inspectie storingscode door. Aangezien zich na verschillende jaren van gebruik stof kan ophopen Indien het systeem ▪...
8 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Inhoud Hoofdcode Inhoud Externe beveiliging geactiveerd Storing omgekeerde voedingsfase De R32-sensor van het compatibele luchtgordijn heeft INV voedingsspanning te laag een koelmiddellek gedetecteerd Systeem nog niet proefgedraaid Fout veiligheidssysteem (lekdetectie) Defecte bedrading binnenunit/buitenunit EEPROM-storing (binnenunit) Abnormale communicatie tussen gebruikersinterface Storing ventilatormotor (binnenunit)
9 Verplaatsen 8.2.4 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook 8.2.10 Symptoom: De units geven een geur af (binnenunit, buitenunit) De unit kan geuren opnemen van kamers, meubilair, sigaretten, enz., en die dan weer afgeven. Wanneer het systeem na het ontdooien wordt omgeschakeld op verwarmen.
11 Over de doos Vorkheftruck. Als de unit op de Kraan. Voor ERA250+300- pallet blijft staan, kunt u ook een modellen kunt u ook een kraan vorkheftruck gebruiken. gebruiken en de unit als volgt ophijsen: ERA200 ERA250+300 1× 1× 1× 1×...
12 Over de units en opties Aansluiting luchtgordijn Over de units en opties 12.1 Over de buitenunit Deze montagehandleiding betreft het ERA , volledig door inverter aangedreven warmtepompsysteem. Deze units zijn bedoeld voor installatie buitenshuis voor verwarmen/ koelen en toepassingen met verse lucht of luchtgordijnen. Specificatie Warmtepompbuitenunit Koelmiddelleiding...
13 Speciale vereisten voor R32-units Installatie buitenunit 1 Alleen een afstandsbediening die compatibel is met het veiligheidssysteem kan worden gebruikt. Zie de technische data De buitenunit moet buiten worden geïnstalleerd. Voor een installatie sheet voor de compatibiliteit van de afstandsbediening (bijv. van de buitenunit binnenshuis kunnen extra maatregelen vereist zijn BRC1H52/82*).
Pagina 20
13 Speciale vereisten voor R32-units Voorbeeld De totale hoeveelheid koelmiddel in het ERA -systeem is 10 kg. Het luchtgordijn is geïnstalleerd in ruimten die NIET op de laagste ondergrondse verdieping van het gebouw liggen. De ruimte waarin het luchtgordijn is geïnstalleerd heeft een kameroppervlakte van ANDERE VERDIEPINGEN 50 m².
Pagina 21
13 Speciale vereisten voor R32-units Overzicht:stroomschema Procedure voor controle vereiste tegenmaatregel voor binnenunit Bepaal totale hoeveelheid koelmiddel Zie Stap 1 in de bovenstaande tekst in het systeem. Totale hoeveelheid koelmiddel [kg] Bepaal de oppervlakte van de kamer waarin een luchtgordijn is Zie Stap 2 in de bovenstaande tekst geïnstalleerd/werkt.
13 Speciale vereisten voor R32-units Opmerking: Afstandsbedieningen met een ingebouwd alarm 13.1.4 Veiligheidsmaatregelen produceren een zichtbaar en hoorbaar alarm. BRC1H52/82*- afstandsbedieningen kunnen bijvoorbeeld een alarm van 65 dB Geen veiligheidsmaatregel (geluidsdruk, gemeten op 1 meter van het alarm) produceren. Wanneer de kameroppervlakte groot genoeg is, zijn geen Geluidsdata beschikbaar in de technische data sheet van de veiligheidsmaatregelen vereist.
13 Speciale vereisten voor R32-units 2 Binnenunits zonder afstandsbediening zijn niet toegelaten. [m²] [kg] 10.1 13.5 16.8 20.2 23.6 27.0 30.3 33.7 37.1 40.5 43.9 47.2 3 Bij twee afstandsbedieningen die compatibel zijn met een R32- 50.6 veiligheidssysteem moet er zich minstens één in dezelfde kamer 54.0 57.4 als de binnenunit bevinden.
Pagina 24
13 Speciale vereisten voor R32-units ▪ De oppervlakte van openingen hoger dan 300 mm van de vloer telt niet mee bij de berekening van A nvmin ▪ Minstens 50% van A bevindt zich op minder dan 200 mm van nvmin de vloer ▪...
13 Speciale vereisten voor R32-units Overzicht:stroomschema Alarm Natuurlijke ventilatie Geen veiligheidsmaatregel Gebruik "Alarm" NIET als ENIGE veiligheidsmaatregel als het Voer de overeenkomstige luchtgordijn geïnstalleerd is in een ruimte waarin zich mensen Bepaal totale kameroppervlakte (= totale oppervlakte van de lokale instellingen uit op de bevinden die beperkt zijn in hun verplaatsingen.
5 dagen, met een relatieve vochtigheidsgraad de buitenunit NOOIT ingesneeuwd raakt. van meer dan 95%, dan bevelen wij aan om een Daikin- reeks te gebruiken die specifiek is ontworpen voor dergelijke toepassingen en/of om contact op te nemen met uw dealer voor meer informatie.
14 Installatie van de unit OPMERKING Maak de buitenunit vast aan de funderingsbouten met moeren met plastic vulringen (a). Als de coating op het bevestigingsdeel weg is, kan het metaal gemakkelijk gaan roesten. 14.3.2 De buitenunit installeren 2× 3× 14.2.2 De buitenunit sluiten 4×...
15 Installatie van de leidingen 14.3.4 Ervoor zorgen dat de buitenunit niet kan 15.1.3 Isolatie van de koelmiddelleidingen omvallen ▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal: Voer de volgende stap uit als de unit wordt geïnstalleerd op een ▪ met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en plaats waar ze aan sterke winden is blootgesteld: 0,052 W/mK (0,035 en 0,045 kcal/mh°C) 1 Maak 2 ...
15 Installatie van de leidingen ▪ Oefen GEEN overmatige kracht uit op de afsluiter. Anders kan de 15.2.2 Dichtgeknepen leidingen verwijderen afsluiter afbreken. WAARSCHUWING Afsluiter openen Gas of olie die nog overblijft in de afsluiter kan de 1 Verwijder het stofdeksel. dichtgeknepen leiding wegblazen.
15 Installatie van de leidingen 15.2.3 Het uiteinde van een buis solderen OPMERKING Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van lokale leidingen. Breng soldeersel aan zoals aangegeven in de afbeelding. ≤Ø25.4 >Ø25.4 INFORMATIE ▪ Doorblazen met stikstof bij het hardsolderen voorkomt belangrijke afzettingen van een geoxideerde filmlaag op de binnenkant van de leiding.
15 Installatie van de leidingen OPMERKING 15.3 Koelmiddelleiding controleren Bij het solderen: Soldeer eerst de vloeistofzijdige leidingen, en vervolgens de gaszijdige leidingen. Breng de 15.3.1 Koelmiddelleiding controleren: Set-up elektrode in via de voorkant van de unit en de lasbrander via de rechterkant om te solderen met de vlammen naar p <...
15 Installatie van de leidingen In de buitenunit OPMERKING Ga als volgt te werk om de koelmiddelleiding te isoleren: Gebruik ALTIJD een aanbevolen bellentestoplossing van bij uw groothandelaar. Gebruik NOOIT zeepwater: ▪ Zeepwater kan componenten zoals flaremoeren of deksels van afsluiters doen barsten. Isolatiemateriaal ▪...
16 Koelmiddel vullen OPMERKING Koelmiddel vullen ▪ Zorg ervoor dat er bij gebruik van vulapparatuur geen verontreiniging gebeurt door verschillende 16.1 Voorzorgsmaatregelen bij het koelmiddelen. vullen van koelmiddel ▪ De vulslangen of vulleidingen moeten zo kort mogelijk worden gehouden om de hoeveelheid koelmiddel erin WAARSCHUWING zo klein mogelijk te houden.
16 Koelmiddel vullen Koelmiddel vullen (in handmatige stand voor bijvullen van extra Leiding in inch Leiding metriek stelsel koelmiddel) Leiding Gewichtsfactor Leiding Gewichtsfactor De resterende hoeveelheid koelmiddel kan worden bijgevuld door de Ø12,7 mm 0,10 Ø12 mm 0,088 buitenunit in de stand voor handmatig bijvullen van koelmiddel te gebruiken.
17 Elektrische installatie OPMERKING 16.6 Verbindingen van Vergeet niet alle afsluiters te openen nadat het koelmiddel koelmiddelleidingen controleren (vooraf) is bijgevuld. op lekkage na het vullen van Wanneer u het systeem met gesloten afsluiters gebruikt, koelmiddel wordt de compressor beschadigd. Dichtheidstest van lokaal gemaakte koelmiddelverbindingen OPMERKING binnen...
17 Elektrische installatie Onderdeel Buitenunit Draadtype Methode ERA200 ERA250 ERA300 Éénaderige draad Voedingskabel MCA 18,5 A 22 A 24 A Spanning 380-415 / 400 V Geslagen geleider samengedraaid voor Fase "vaste" verbinding Frequentie 50/60 Hz a Rechtsom gedraaide draad (eenaderig of Draaddikte 5-aderige kabel samengedraaide geslagen geleider) Moet voldoen aan de nationale b Schroef bedradingsvoorschriften.
17 Elektrische installatie Kabelbinder Opmerking: kabel F1/F2 tussen binnenunits MOET afgeschermd zijn: WAARSCHUWING ▪ ERA200: de afscherming is geaard (alleen aan de kant van de Strip de buitenkant van de kabel NIET verder af dan het buitenunit van de kabel) via de middelste schroef op aansluitklem bevestigingspunt op de montageplaat van de afsluiter.
17 Elektrische installatie Vereisten aansluiting output buitenunit ERA200 ERA250+300 Draaddikte Gebruik alleen geharmoniseerde bedrading met dubbele isolatie en geschikt voor de toepasselijke spanning. 2-aderige kabel Minimum kabeldikte van 0,75 mm² OPMERKING Gebruik de outputs NIET als voedingsbron, maar gebruik elke output als voeding voor een relais dat het externe circuit aanstuurt.
18 Configuratie 1" [ 4 40] ▪ "18.1.4 Gebruik van stand Configuratie 2" [ 4 40] ▪ "18.1.5 Gebruik van stand GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE monitoringinstellingen" [ 4 40] ▪ "18.1.6 Stand 1: instellingen" [ 4 40] ▪ "18.1.7 Stand 2: lokale INFORMATIE Het is belangrijk dat de installateur alle informatie in dit 18.1.2 Componenten voor lokale instellingen hoofdstuk achtereenvolgens leest en dat het systeem...
18 Configuratie Toegang Actie [1‑1] Beschrijving Stand 2 ▪ Druk minstens vijf seconden op BS1. Unit werkt momenteel niet in de geluidsarme stand. Het 7-segmentendisplay verandert in: Unit werkt momenteel in de geluidsarme stand. [1‑2] ▪ Druk nogmaals (kort) op BS1 om terug te Geeft de status van de werking met stroomverbruikbegrenzing aan.
[2‑26] en [2‑27]. Voor meer informatie over algemene checklist inbedrijfstelling beschikbaar op het instellingen [2‑26] en [2‑27], zie de uitgebreide handleiding voor de Daikin Business Portal (authenticatie vereist). installateur. De algemene checklist voor de inbedrijfstelling vormt een [2‑22]...
19 Inbedrijfstelling Transportbeveiliging Vereisten voor R32-apparatuur Controleer of de transportbeveiliging van de buitenunit Controleer of het systeem voldoet aan alle vereisten van verwijderd is. het volgende hoofdstuk: "2.1 Instructies voor apparatuur R32-koelmiddel" [ 4 7]. Lokale bedrading Lokale instellingen Controleer of de lokale bedrading volgens de in het installatie" ...
20 Overhandiging aan de gebruiker Resultaat: Het proefdraaien wordt automatisch uitgevoerd, op Onderhoud en service het display van de buitenunit wordt " " aangegeven en op de gebruikersinterface van de binnenunits wordt de aanduiding OPMERKING "Proefdraaien" "Onder gecentraliseerde besturing" aangegeven. Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend Stappen van de procedure van het automatisch proefdraaien van het installateur of een servicetechnicus.
22 Opsporen en verhelpen van storingen 3 Trek verbindingsstekkers X1A, voor GEVAAR: RISICO OP ONTPLOFFING ventilatormotoren in de buitenunit uit voordat u begint met Afpompen – Koelmiddellekken. Als u het systeem wil servicewerkzaamheden aan de inverterapparatuur. Raak GEEN afpompen en er zit een lek in het koelmiddelcircuit: onderdelen onder stroom aan.
22 Opsporen en verhelpen van storingen 22.1.1 Foutcodes: Overzicht Hoofdcod Subcode Oorzaak Oplossing SVEO De R32-sensor van het compatibele luchtgordijn Mogelijk R32-lek. De compressor wordt heeft een koelmiddellek gedetecteerd stilgelegd en de unit stopt met draaien. Voer servicewerkzaamheden uit om het lek te repareren en het systeem te activeren.
Pagina 46
22 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcod Subcode Oorzaak Oplossing SVEO Perstemperatuur te hoog (R21T) – ▪ Open afsluiters. hoofdprintplaat (X33A): ▪ Controleer hoeveelheid koelmiddel+unit ▪ Afsluiter is gesloten bijvullen. ▪ Te weinig koelmiddel Temperatuur compressorhuis te hoog (R8T) – ▪...
22 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcod Subcode Oorzaak Oplossing SVEO Waarschuwing door storing op een andere Controleer of er zich een storing voordoet bij binnenunit andere binnenunits en of combinatie van binnenunits is toegestaan. Storing aansluiting binnenunits of verkeerde Controleer het type van de binnenunit die nu is combinatie types aangesloten.
Leidingschema: ERA200 Technische gegevens ▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 24.1 Ruimte voor service: Buitenunit Wanneer u units naast elkaar installeert, moeten de leidingen langs voor of naar onder worden gevoerd.
24 Technische gegevens Leidingschema: ERA250+300 Sluit de beveiliging S1PH niet kort om de unit te laten functioneren. Raadpleeg de montagehandleiding voor transmissiebedrading binnenunit-buitenunit F1-F2. Sluit transmissie buitenunit-buitenunit F1-F2 aan wanneer het centrale besturingssysteem wordt gebruikt. Het contact heeft een vermogen van 220~240 VAC – 0,5 A. (Inschakelstroom moet 3 A of minder zijn).