ATTENTIE
Elektrische schakelkast niet kiepen.
Stuurstroom- en sensorleidingen aan de twee aan-
sluitingen aan de achterkant van de elektrische
schakelkast vastschroeven...
Nadat de stuurstroom- en sensorleidingen aange-
sloten zijn, de elektrische schakelkast weer op zijn
oorspronkelijke plaats bevestigen...
Stuurstroom- en sensorleidingen vanuit de binnen-
kant van het toestel naar buiten leiden...
VERWIJZING
Om de elektrische schakelkast voor een eventu-
ele inzet van de klantenservice weer uit te kun-
nen hangen, moeten de stuurstroom- en sensor-
leidingen in de warmtepomp een extra lengte
van ca. 15 cm hebben.
De stuurstroom- en sensorleidingen in een be-
schermende buis tot aan de doorvoer van het ge-
bouw leggen en van daaruit verder tot aan de ver-
warmings- en warmtepompregelaar...
De stuurstroom- en sensorleidingen in overeen-
stemming met het aansluitschema en de elektrische
schema´s van het betreffende toesteltype aan de
verwarmings- en warmtepompregelaar aansluiten...
„Aansluitschema's" en „Elektrische schema´s"
van het betreffende toesteltype.
Installatie- en gebruikershandleiding van de ver-
warmings- en warmtepompregelaar.
Lege leidingen aan de kant van het toestel...
Afdekplaten aan de warmtepomp vastschroeven.
VERWIJZING
Het elektrisch verwarmingselement is af fabriek
op 6kW (9kW) geklemd. Het kan bij veiligheid
Q5 (Q6) op 2 (3) of 4 kW (6kW) worden omge-
klemd.
Meer informatie vindt u op de sticker van het
verwarmingselement.
22
Technische wijzigingen voorbehouden | 83054200hNL – vertaling van de installatie- en gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH
LW 101... TOT LW 310...:
Stuurstroom- en sensorleidingen aan de twee aanslui-
tingen aan de elektrische schakelkast vastschroeven...
Stuurstroom- en sensorleidingen binnenin het
toestel door het hiervoor voorziene kabelkanaal
naar de kant van de waterzijdige aansluiting leiden...
1 Kabelkanaal voor stuurstroom-
en sensorleidingen
Stuurstroom- en sensorleidingen vanuit de binnen-
kant van het toestel naar buiten leiden...
VERWIJZING
Om de elektrische schakelkast voor een eventu-
ele inzet van de klantenservice weer uit te kun-
nen hangen, moeten de stuurstroom- en sensor-
leidingen in de warmtepomp een extra lengte
van ca. 15 cm hebben.
De stuurstroom- en sensorleidingen in een be-
schermende buis tot aan de doorvoer van het ge-
bouw leggen en van daaruit verder tot aan de ver-
warmings- en warmtepompregelaar...
De stuurstroom- en sensorleidingen in overeen-
stemming met het aansluitschema en de elektrische
schema´s van het betreffende toesteltype aan de
verwarmings- en warmtepompregelaar aansluiten...
„Aansluitschema's" en „Elektrische schema's"
van het betreffende toesteltype.