8. Papier en toner bijvullen
U kunt de volgende papiersoorten selecteren: normaal, glanzend gecoat, mat gecoat, envelop,
lichtgekleurd, donkergekleurd, papier met textuur en zwart.
1.
Druk op de knop [Papierinstelling].
2.
Druk op [Aangepast papier bewerken].
3.
Druk op [Herroepen uit papierbibliotheek].
4.
Selecteer de meest passende combinatie van soort en gewicht voor uw papier.
De lijst met papiersoorten verschijnt op de eerste en daaropvolgende pagina's in de
papierbibliotheek.
Druk op [ Vorige] of [ Volg.] om door de lijst te scrollen en het papier te zoeken dat u wilt
selecteren.
5.
Druk op [Als aangep. pap. program.].
6.
Druk op [Ja].
7.
Druk twee keer op [Afsluit.].
8.
Druk op de knop [Papierinstelling].
U kunt het scherm [Lade Papierinstellingen] ook sluiten door op [Afsluiten] te drukken.
158
CWY003