Inhoudsopgave
Advertenties
Afb.21 Rechter bedieningshendel
1
Motortoerental, verhogen
2
Motortoerental, verlagen
1
2
3
Afb.22 Hoofdbedieningspaneel
1
Heavy Mode
2
Fine Mode
3
Customer Mode (hand-
matige bediening)
4
Set
Afb.23 Bedieningspaneel extra
uitrusting
1
Automatische motortoeren-
talreductie
Werktoerental
1
De dieselmotor draait met een toerental van circa 2200 omw/min.
2
Motortoerental regelen
Het motortoerental wordt geregeld met de toetsen op de rechter
bedieningshendel.
– U verlaagt het motortoerental met de toets aan de linkerzijde
van de bedieningshendel.
– U verhoogt het motortoerental met de toets aan de rechterzijde
van de bedieningshendel.
Houd de toets ingedrukt totdat het juiste motortoerental is bereikt.
Het motortoerental en de hydraulische oliestroming kunnen ook
worden geregeld met de modustoetsen H, F en C op het hoofdbe-
dieningspaneel (afb. 22).
Zwaar werk – Drukt u op toets 1 (Heavy Mode). Het motortoer-
ental wordt hierdoor verhoogd tot het maximale toerental van 2250
omw/min en de hydraulische oliestroming wordt op het maximum
ingesteld. Het motortoerental kan nog steeds worden ingesteld
met de toetsen op het rechter bedieningspaneel.
Lichter werk – Drukt u op toets 2 (Fine Mode). Hierdoor wordt een
lager motortoerental van circa 1900 omw/min en een zwakkere
hydraulische stroming gebruikt, hetgeen minder geluidsproductie
en een lager brandstofverbruik oplevert. Het motortoerental kan
nog steeds worden ingesteld met de toetsen op het rechter bedi-
eningspaneel.
Eigen profiel – Drukt u op toets 3 (Customer Mode). Het motorto-
erental kan nog steeds worden ingesteld met de toetsen op het
rechter bedieningspaneel.
Als u een eigen profiel wilt programmeren, drukt u op toets 3.
Wijzig het motortoerental vervolgens op de gebruikelijke wijze met
de toetsen op de rechter bedieningshendel.Bevestig de instelling
vervolgens door de "set"-toets langer dan een seconde in te
drukken.
4
Automatische motortoerentalreductie, extra uitrusting
– U activeert de automatische motortoerentalreductie met toets 1
uit afb. 23. Als de automatische motortoerentalreductie actief is,
daalt het motortoerental tot een rusttoerental (van ca. 1000
omw/min) wanneer de hendels en pedalen gedurende ca. drie
seconden in de neutraalstand staan. Zodra de bedieningshen-
dels of pedalen worden geactiveerd, neemt het motortoerental
automatisch toe tot de vooraf ingestelde waarde.
– Stel het motortoerental zo af dat het werk met volledige hendel-
bewegingen kan worden uitgevoerd.
Graven enz.
Bediening
73
Advertenties
Inhoudsopgave
