Rijden
60
Rijden
1
Afb.3
Hoofdbedieningspaneel
1
Hoge snelheid
2
Lage snelheid
Snelheid kiezen
BELANGRIJK!
Verlaag onder alle omstandigheden langzaam de snelheid
voordat u de hendel of het pedaal volledig loslaat.
2
Kies de hoge of lage snelheid met behulp van de toets 1 of 2 op
het hoofdbedieningspaneel.
De rijsnelheid neemt progressief toe door het pedaal / de handel
een grotere slag te laten maken.
Moeilijke obstakels passeren
– Rijd met lage snelheid.
– Zorg ervoor dat de rupsbanden goed contact met de bodem
houden en niet slippen en onnodig slijten.
– Obstakels in het terrein moeten zoveel mogelijk worden gepas-
seerd zonder dat de machine zijdelings wegglijdt.
– Door de voorzijde van de rupsbanden met de graafuitrusting op
te drukken kunnen moeilijke obstakels vaak makkelijker en met
minder spanning op de rupsbanden worden gepasseerd.
Remsysteem
De remmen worden door veerdruk vastgezet en door oliedruk
gelost. De remmen treden in werking wanneer de rijpedalen in de
neutraalstand staan en worden gedeactiveerd wanneer de
pedalen worden ingetrapt.
De remmen fungeren ook als graafremmen.