• Als bellen via spraakbediening mislukt, zal het toestel na 30
seconden terugkeren naar de normale modus.
• U kunt enkel gebruik maken van deze functie als een mobiele telefoon
verbonden is die de spraakbedieningsfunctie ondersteunt. Als de
mobiele telefoon spraakbediening niet ondersteunt, wordt "Failed"
gedurende 2 seconden weergegeven.
• De werking van de spraakbedieningsfunctie hangt af van het
herkenningsbereik van de mobiele telefoon en de plaats waar de
microfoon opgehangen is. Let dus op waar u de microfoon plaatst.
• Deze functie kan niet worden gebruikt als BLUETOOTH Audio de
huidige bron is.
• De werking van spraakbediening hangt af van de functies van de
mobiele telefoon. Meer informatie kunt u vinden in de
gebruiksaanwijzing van de mobiele telefoon.
BLUETOOTH Audio-functie
BLUETOOTH Audio gebruiken
Audio-informatie die afkomstig is van een mobiele telefoon, draagbare
muziekspeler, enz. die BLUETOOTH ondersteunt kan draadloos*
bediend/afgespeeld worden vanaf dit toestel.
* Om geluid af te spelen is er een mobiele telefoon of draagbare
muziekspeler nodig die voldoet aan A2DP (Advanced Audio
Distribution Profile) of AVRCP (Audio/Video Remote Control
Profile).
Niet alle functies werken op alle apparaten.
• Tijdens een oproep wordt het geluid van de BLUETOOTH-audiobron
onderbroken.
De BLUETOOTH-audiobron oproepen
1
Druk op SOURCE/
Het selectiescherm SOURCE (bron) wordt weergegeven.
2
Raak het pictogram [BT Audio] aan.
De BT Audio-bron wordt geactiveerd en het scherm
verandert naar het hoofdscherm van BT Audio.
Het gewenste nummer kiezen
Raak [
] aan.
Hiermee gaat u naar het begin van het nummer dat wordt
afgespeeld.
Raak [
] aan.
Hiermee gaat u naar het volgende nummer.
Pauzeren
[
] aan.
Raak
/
Het afspelen stopt. Bij een nieuwe aanraking wordt het afspelen
hervat.
op het toestel.
Achteruitrijcamera
gebruiken
(optioneel)
Als u een optionele achteruitrijcamera aansluit met een RCA-uitgang of
met een rechtstreeks uitgang, zoals de HCE-C107D, kunt u de beelden
van die camera via de monitor bekijken.
• Afhankelijk van de aangesloten achteruitrijcamera dient u "Camera
IN" op "Direct" of "AUX" in te stellen voordat u de
achteruitrijcamera gebruikt. Raadpleeg "De invoer van de camera
achteraan instellen" op pagina 47.
Overschakelen naar het scherm voor de
achteruitrijcamera (optioneel)
De beelden van de achteruitrijcamera worden in de volgende twee
situaties weergegeven.
De beelden van de achteruitrijcamera
weergeven als de auto in de
achteruitversnelling staat
1
Schakel de versnellingspook naar de
achteruitpositie (R).
Zolang de auto in zijn achteruit staat, worden de beelden
van de achteruitrijcamera weergegeven.
2
Als u de versnellingspook naar een andere positie
dan achteruit (R) schakelt, geeft de monitor opnieuw
het vorige scherm weer.
• Kijk ook zelf achter de auto. Gebruik de camerabeelden als
bijkomende hulp om de omstandigheden achter de auto te zien.
• Deze functie is van kracht als de achteruit-kabel correct is
aangesloten.
De beelden van de achteruitrijcamera
handmatig weergeven
1
Druk op SOURCE/
Het selectiescherm SOURCE (bron) wordt weergegeven.
2
Raak [Camera] aan.
De cameramodus wordt geactiveerd en de beelden van de
achteruitrijcamera worden weergegeven.
3
Raak [Guide On] of [Guide Off] aan om in te
stellen of de camerarichtlijn al dan niet wordt
weergegeven.
4
Raak [
] aan om naar het selectiescherm Visual te
gaan en raak vervolgens [Normal] aan om terug te
keren naar het vorige hoofdscherm.
op het toestel.
65
-NL