Aan de slag
Accessoirelijst
• Hoofdeenheid ......................................................................1
• Stroomkabel.........................................................................1
• Pre OUT/AUX-kabel.............................................................1
• Montageframe .....................................................................1
• Montagebeugel ...................................................................2
• Verzonken schroef (M4 x 5).................................................8
• Schroef met zeskante kop en draagrand (M4 x 6) ..............4
• Rubberen kapje ...................................................................1
• Zeskantbout.........................................................................1
• Voorpaneel...........................................................................1
• USB-verlengkabel................................................................1
• Opbergtas ...........................................................................1
• Gebruiksaanwijzing .......................................................1 set
Aansluitbaar op de interfacebox voor de
afstandsbediening
Dit apparaat kan worden bediend via de
bedieningsinstrumenten van uw voertuig wanneer een Alpine
Remote Control Interface Box (optioneel) is aangesloten.
Contacteer uw Alpine-verdeler voor meer informatie.
Uitlijning van bedieningselementen
Draaiknop/MODE/MUTE
Draai naar links of naar rechts om het volume te wijzigen.
Druk op deze knop om het scherm van de audiomodus
weer te geven. De balans/fader, het niveau van de
subwoofer en de modus Defeat kunnen worden aangepast
in deze modus.
Houd de knop minstens 2 seconden ingedrukt om de
modus geluidsdemping in/uit te schakelen.
SOURCE/
-knop
Schakelt het apparaat in. Houd deze knop gedurende
minstens 3 seconden ingedrukt om het toestel uit te
schakelen.
Monitor open: roept het SOURCE-selectiescherm (BRON)
op.
Monitor gesloten: wijzigt de bron.
Subscherm
Zie "Over het subscherm" op pagina 75.
Knop trackafstemming
Druk hierop om de gewenste vooraf ingestelde
radiozender/track of het gewenste bestand/hoofdstuk te
selecteren.
Afstandsbedieningssensor
Richt de optionele afstandsbedieningszender naar de
afstandsbedieningssensor binnen een bereik van 2 meter.
Stroom-/werkingsindicator
Deze indicator licht op als het toestel is ingeschakeld.
Knippert als een handeling voltooid is.
-knop
Werpt een disc uit.
-knop
Gebruik deze knop om het voorpaneel te verwijderen.
OPEN/CLOSE-knop
Druk hierop om de monitor te openen/sluiten.
FLAT-knop
Druk hierop om de open monitor in de vlakke positie te
brengen.
Disc-sleufindicator
Licht op wanneer het toestel ingeschakeld is.
VISUAL-knop
Monitor open: druk hierop om het VISUAL-selectiescherm te
openen.
Monitor gesloten: druk hierop om de tekstinformatie, tag-
informatie enz. te wijzigen op het subscherm.
BAND/TA-knop
Radiomodus: wijzigt de frequentieband.
Druk gedurende minstens 2 seconden op deze knop om de
T.INFO-modus op ON of OFF te zetten.
Hoofdscherm
• De knoppen op de voorkant van dit toestel worden in vet
weergegeven (bv. SOURCE/
worden weergegeven, worden in vet weergegeven en staan tussen
[ ] (bv. BAND]).
). De knoppen die op het scherm
13
-NL