Veranderen van de functie die aan een knop is toegewezen
1.
Selecteer de "12 Control" F-toetsenset. Zie
(pagina NL-32).
2.
Tik op de F3 toets (KNOB).
Het "KNOB" scherm verschijnt.
3.
Tik boven of onder op de aanraakring om het item te selecteren dat u wilt
instellen.
• Selecteer "K1 Assign" om de functie van de K1 knop te veranderen of "K2 Assign" om de
functie van de K2 knop te veranderen.
4.
Gebruik de aanraakring om de functie te selecteren die u aan de knop wilt
toewijzen.
• Zie
"Lijst van functies die aan de knoppen kunnen worden
verdere informatie.
5.
Herhaal de stappen 3 en 4 naar vereist.
• In plaats van de onderstaande stappen 1 en 2 kan het "KNOB" scherm ook worden weergegeven
door de K1 of K2 knop rond te draaien terwijl de FUNCTION toets ingedrukt wordt gehouden. (Als
de K1 knop wordt rondgedraaid, wordt "K1 Assign" geselecteerd; als de K2 knop wordt
rondgedraaid, wordt "K2 Assign" geselecteerd.)
Veranderen van het geluid tijdens een uitvoering
"Veranderen van de
toegewezen" (pagina NL-74) voor
NL-73
F-toetsenset"