10-5-2. De kabels op hun plaats bevestigen
Geleid de kabels zoals in onderstaande afbeelding.
・(E)M200 tot 300
Hoofdkast
Aansluitblok voor de signaalkabel
Rubberen bus
(voor hoofdomvormer
aansluitbedrading (200 V) en d
bedrading van het apparaat
(solenoïde spoelbedrading))
Bindstrook
(meegeleverd)
Rubberen bus 2
Bedrading van het apparaat
(sensorbedrading)
・(E)M350 tot 500
Aansluitblok voor de signaalkabel
Rubberen bus
(voor ventilatorkabels en
bedrading van het apparaat
(solenoïde spoelbedrading))
Bindstrook
(meegeleverd)
Rubberen bus 2
Bedrading van het apparaat
(sensorbedrading)
WT09044X01
Hoofdomvormer
aansluitbedrading
(laagspanning)
Vul de opening op.
Vul de opening op.
48
Omvormerkast
Aansluitblok van stroomvoorziening
Kabelstrop
Rubberen bus
(voor ventilatorkabel)
Bindstrook
(meegeleverd)
Rubberen bus 1
Voedingskabel
(niet bijgeleverd)
Signaalkabel (niet bijgeleverd)
De lengte van het gedeelte na het kabeltoegangsgat
moet minstens 1100 mm (43 in) zijn.
Aansluitblok van stroomvoorziening
Kabelstrop
Bindstrook
(meegeleverd)
Rubberen bus 1
Voedingskabel
(niet bijgeleverd)
Signaalkabel
(niet bijgeleverd)