Montage
6.4 SMA Power Injector met Bluetooth
6.4.1 Eisen aan de montageplaats
Neem de volgende eisen aan de montageplaats van de SMA Power Injector met Bluetooth in acht:
• De SMA Power Injector mit Bluetooth is uitsluitend geschikt voor montage binnen.
• De montageplaats moet zich in de buurt van een 100 V ... 240 V stopcontact bevinden
(kabellengte van het voedingsapparaat ca. 180 cm).
• De SMA Power Injector met Bluetooth tegen stof, vocht en agressieve stoffen beschermen.
• De omgevingstemperatuur moet tussen –20 °C en +65 °C liggen.
• De maximale kabellengte van de Sunny SensorBox tot aan de
SMA Power Injector met Bluetooth bedraagt 150 m.
• De maximale kabellengte voor de alternatieve stroomvoorziening bedraagt 10 m.
• De verbindingskwaliteit van het draadloze traject dient op het montageplaats minimaal "goed"
te zijn (zie hoofdstuk 6.4.3 "Plaats van montage/opstelling bepalen" (Pagina 31).
• Bepaalde omgevingsvoorwaarden kunnen de verbindingskwaliteit en de
datatransmissiesnelheid tussen Bluetooth-apparaten verminderen:
– Monteer of plaats het Bluetooth-apparaat op minstens 1 m afstand van de volgende
apparaten:
– WLAN-apparaten
– magnetrons
– andere apparatuur die de 2,4 GHz frequentieband gebruikt
6.4.2 Opmerking over SMA Bluetooth
SMA Bluetooth-apparaten van uw PV-installatie kunnen via Bluetooth met een SMA Bluetooth-
communicatieproduct communiceren en een netwerk vormen. Om met elkaar te kunnen
communiceren en een netwerk te vormen moeten de apparaten op dezelfde NetID zijn ingesteld. De
NetID is een uniek identificatienummer van uw PV-installatie. Met de NetID kunnen uw PV-installatie
en andere SMA Bluetooth PV-installaties uit elkaar worden gehouden.
NetID voor uw PV-installatie bepalen
Als uw Bluetooth PV-installatie nog geen NetID heeft, moet u eerst met behulp van de
software Sunny Explorer of Sunny Beam met Bluetooth een vrije NetID bepalen die
vervolgens op de apparaten van uw PV-installatie moet worden ingesteld.
30
Sensorbox-INL100914
SMA Solar Technology AG
Installatiehandleiding