KNOOPSGAT MET INLEGDRAAD
Machine-instelling:
1. Soort steek:
2. Steekbreedte: 4 – 5
3. Steeklengte:
4. Draadspanning: 3 – 5
5. Naaivoet: Automatische
knoopsgatvoet R
1. Breng de knoopsgatvoet omhoog,
haak de inlegdraad rond het
grijperje aan de achterkant van de
knoopsgatvoet. Geleid de inlegdraad
onder de voet door en haak de
inlegdraad in de inkepingen aan de
voorkant van de voet om deze goed
vast te kunnen houden.
a. Grijper
2. Trek zowel de boven- als onderdraad
naar links. Breng de naald omlaag
in de stof op de plaats waar het
knoopsgat moet beginnen en breng
de voet omlaag. Druk het voetpedaal
voorzichtig in en naai het knoopsgat
over de inlegdraad. De naaivolgorde
is gelijk aan die van het automatische
knoopsgat.
b. Bovendraad
c. Onderdraad
d. Beginpunt
3. Trek aan het linker uiteinde van het
koord om het strak te trekken. Steek
het uiteinde van het koord door een
stopnaald, steek het koord naar de
achterkant van de stof en knip het
af. Zie de instructies op pagina 26
wanneer u het knoopsgat openknipt.
28 – NUTTIGE STEKEN
1
4
5
1
a
2
b
c
3
2
3
d