Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektrische Aansluiting; Verantwoordelijkheden Van De Gebruiker; Inbedrijfname; Elektrisch Systeem - Wilo Rexa NORM Series Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

INBEDRIJFNAME

5.7. Elektrische aansluiting

LEVENSGEVAAR door elektrische stroom!
Bij een ondeskundige elektrische aansluiting
bestaat er levensgevaar door een elektrische
schok. Laat de elektrische aansluiting uitslui-
tend uitvoeren door een elektromonteur die
is goedgekeurd door het plaatselijke ener-
giebedrijf en overeenkomstig de plaatselijk
geldende voorschriften.
LET op
Let ook voor de elektrische aansluiting op alle
instructies in het bedienings- en onderhouds-
handboek van de motor!
Stroom en spanning van de netaansluiting moe-
ten zijn uitgevoerd volgens de instructies van
het bedienings- en onderhoudshandboek van de
motor. Zie ook de gegevens op het typeplaatje
van de motor.
De klant moet zelf voor de spanningskabel zor-
gen. Kabeldoorsnede en het gekozen aanlegtype
moeten conform de lokale normen en voorschrif-
ten zijn.
Aanwezige bewakingsinrichtingen (bijv. bewaking
van de afdichtingsruimte) moeten worden aange-
sloten en op werking worden gecontroleerd.
Aard de pomp op de voorgeschreven wijze.
De aarding verloopt via de motoraansluiting. Als
alternatief kan de pomp met een afzonderlijke
aansluiting worden geaard. Voor de aansluiting
van de aardleiding moet hierbij een kabeldoor-
snede worden gebruikt die voldoet aan de plaat-
selijke voorschriften.
5.7.1. Controle van de bewakingsinrichtingen voor het
aansluiten
Als de gemeten waarden afwijken van de voorge-
schreven waarden, is het mogelijk dat de bewa-
kingsinrichting defect is. Neem contact op met
de Wilo-servicedienst.
Staafelektrode voor de bewaking van de
afdichtingsruimte
Voor het aansluiten van de staafelektrode moet
deze met een ohmmeter gecontroleerd wor-
den. De volgende waarden moeten worden
aangehouden:
-
De waarde moet naar "oneindig" gaan. Bij lage
waarden zit er water in de olie. Neem ook de
aanwijzingen van het optioneel verkrijgbare
relais in acht.
5.7.2. Aansluiting van de bewakingsinrichtingen
Staafelektrode voor de bewaking van de
afdichtingsruimte
De staafelektrode moet via een relais afgesloten
worden. Wij raden hiervoor het relais "NIV 101/A"
aan. De drempelwaarde bedraagt 30 kOhm. Bij het
bereiken van de drempelwaarde moet een waar-
schuwing of uitschakeling plaatsvinden.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Rexa NORM
VOORZICHTIG!
Volgt er slechts een waarschuwing, dan kan
het hydraulische systeem onherstelbaar
beschadigd raken door binnendringend water.
Wij raden altijd een uitschakeling aan!
5.7.3. Aansluiten van de normmotor
In het bedienings- en onderhoudshandboek van
de motor vindt u de instructies voor het aanslui-
ten van de motor op het stroomnet, de beschik-
bare bewakingsinrichtingen met de aansluitingen,
en de mogelijke inschakeltypes!

5.8. Verantwoordelijkheden van de gebruiker

5.8.1. Aanbevolen bewakingsinrichtingen
De pomp wordt via een normmotor aangedreven.
Normmotoren zijn niet tegen overstroming
beveiligd. Wij raden daarom aan om een alarm-
schakelkast te gebruiken voor de registratie van
grotere lekkages. Als een grotere hoeveelheid
vloeistof weglekt (bijv. door een defecte leiding),
kan er een alarm volgen en moet de motor wor-
den uitgeschakeld.
6. Inbedrijfname
LET op
Let ook voor de inbedrijfname op alle instructies
in het bedienings- en onderhoudshandboek van
de motor!
Het hoofdstuk "Inbedrijfname" bevat alle belang-
rijke aanwijzingen voor het bedieningspersoneel
voor de veilige inbedrijfname en bediening van
de pomp.
De volgende punten moeten in acht worden
genomen:
Alle werkzaamheden mogen uitsluitend door
gekwalificeerd en geschoold personeel worden
uitgevoerd.
Het volledige personeel dat aan of met de pomp
werkt, moet deze handleiding ontvangen, gelezen
en begrepen hebben.
Deze handleiding moet altijd bij de pomp of op
een daarvoor bestemde plaats worden bewaard,
waar deze altijd voor al het bedieningspersoneel
toegankelijk is.
Alle veiligheidsvoorzieningen en nooduitscha-
kelingen zijn aangesloten en gecontroleerd op
onberispelijke werking.

6.1. Elektrisch systeem

LEVENSGEVAAR door elektrische stroom!
Bij een ondeskundige elektrische aansluiting
bestaat er levensgevaar door een elektrische
schok. Laat de elektrische aansluiting uitslui-
tend uitvoeren door een elektromonteur die
is goedgekeurd door het plaatselijke ener-
giebedrijf en overeenkomstig de plaatselijk
geldende voorschriften.
Nederlands
23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave