Inhoudsopgave
Advertenties
Recepten bewerken
Vochtigh. doel
Tolerantie (Plus/Minus)
Lokale instellingen voor automatisch bijhouden
1.5
Receptparameters
Initiële mix inschakelen
Voorbevochtigingsmix
inschakelen
Droge mix inschakelen
Natte mix inschakelen
Contr. lokaal autom. bijh.
Initiële mixtijd
Afwijking initiële mix
Tijd voorbevochtigingsmix
32
Hydro-Control VI Gebruikershandleiding HD0456nl Rev 1.7.0
Als Controlemethode onder Mixcontrole is ingesteld op AUTO of
CALC, kunt u met deze parameter het vochtigheidsdoel
(percentage) instellen dat in de modus AUTO wordt gebruikt.
Met deze parameters stelt u de boven- en onderlimiet in (als een
vochtigheidspercentage)
waarschuwingen
die
vochtigheidsgraad buiten de tolerantiewaarden valt van het
vochtigheidsdoel dat met de vorige parameter is ingesteld.
Beschrijving
Deze instelling zorgt ervoor dat de functie Automatisch bijhouden
wordt ingeschakeld voor de initiële mixfase van het recept.
Meer informatie over deze functie kunt u vinden in Hoofdstuk 8.
Deze instelling zorgt ervoor dat de functie Automatisch bijhouden
wordt ingeschakeld voor de voorbevochtigingsmixfase van het recept.
Meer informatie over deze functie kunt u vinden in Hoofdstuk 8.
Deze instelling zorgt ervoor dat de functie Automatisch bijhouden
wordt ingeschakeld voor de droge-mixfase van het recept.
Meer informatie over deze functie kunt u vinden in Hoofdstuk 8.
Deze instelling zorgt ervoor dat de functie Automatisch bijhouden
wordt ingeschakeld voor de natte-mixfase van het recept.
Meer informatie over deze functie vindt u in Hoofdstuk 8.
Als dit selectievakje is ingeschakeld, worden voor het recept de
lokaal ingestelde parameters voor de functie voor automatisch
bijhouden gebruikt, en niet de parameters die in het scherm
Systeemparameters zijn ingesteld.
Als u de functie Automatisch bijhouden gebruikt, kunt u hiermee
instellen hoe lang de droge-mixfase zich binnen de afwijking moet
bevinden die bij Afwijking initiële mix eronder is ingesteld om door
te kunnen gaan. Als het sensorsignaal zich aan het eind van de
initiële mixtijd niet binnen dit bereik heeft gestabiliseerd, wordt
u gevraagd of het systeem ondanks de uitblijvende stabilisering
moet doorgaan.
Dit is de maximale afwijking die het sensorsignaal mag hebben
om te kunnen doorgaan.
Als u de functie Automatisch bijhouden gebruikt, kunt u hiermee
instellen hoe lang de voorbevochtigingsmixfase zich binnen de
afwijking moet bevinden die bij Afwijking voorbevochtigingsmix
eronder is ingesteld om door te kunnen gaan. Als het
sensorsignaal zich aan het eind van de voorbevochtigingsmixtijd
niet binnen dit bereik heeft gestabiliseerd, wordt u gevraagd of het
systeem ondanks de uitblijvende stabilisering moet doorgaan.
die
worden
gebruikt
aangeven
dat
de
Hoofdstuk 6
voor
de
uiteindelijke
Advertenties
Inhoudsopgave
