geheugenkaart gebruikt, kan schade ontstaan aan de geheugenkaart en het apparaat en
kunnen de gegevens die op de incompatibele kaart zijn opgeslagen, beschadigd raken.
■ De batterij opladen
1. Sluit het snoer aan op de lader.
2. Sluit het andere uiteinde van het snoer aan op de voet
van de telefoon.
3. Sluit de lader aan op een stopcontact. Als de telefoon is
opengeklapt, begint de batterij-indicator op de display
te bewegen. Als de telefoon is dichtgeklapt, licht de LED-indicator op de cover
op. U kunt u de telefoon gewoon gebruiken terwijl de batterij wordt opgeladen.
Als de batterij volledig is opgeladen, stopt de batterij-indicator met knipperen.
Koppel de lader eerst los van het stopcontact en dan van de telefoon. Zie
"Informatie over de batterij"
■ De telefoon aan- en uitzetten
Druk op
en houd deze knop ingedrukt.
WAARSCHUWING! Schakel de telefoon niet in als het gebruik van mobiele
telefoons verboden is, of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
Uw apparaat heeft een interne antenne.
Copyright © 2004 Nokia. All rights reserved.
op pagina 202.
22