Afb. 18 Kabel van meetelektrode (D)
Pen
Component
Pen 1 bruin
Meetelektrode M
Pen 2 wit
Tegenelektrode G/C
Pen 3 blauw
Pt100 temperatuursensor
Pen 4 zwart
Pt100 temperatuursensor
12.5 Elektrische aansluitingen
Waarschuwing
De elektrische aansluiting moet worden uitge-
voerd door gekwalificeerd personeel!
Controleer voor het aansluiten van de voedings-
kabels of de voedingsspanning zoals vermeld op
het typeplaatje overeenkomt met de lokale
omstandigheden!
Sluit de elektriciteitstoevoer af voordat u de voe-
dingskabels aansluit!
Houd de lokale veiligheidsvoorschriften aan!
Bescherm de kabelaansluitingen en connectoren
tegen corrosie en vochtigheid.
Sluit een aardlekschakelaar aan voor de meetver-
sterker en reinigingsmotor.
Voor de veiligheid tijdens service en onderhoud,
moeten de meetversterker en meetcel op alle
polen worden uitgeschakeld.
N.B.
Om het uitschakelen te vereenvoudigen,
raden wij aan vóór de meetversterker een hoofd-
schakelaar te installerenv oor alle polen.
Voorgeassembleerde systemen
De voorgeassembleerde systemen zijn al voorbedraad.
1. Sluit een aardlekschakelaar aan voor de meetversterker en
reinigingsmotor.
2. Sluit de elektrische voeding aan op de meetversterker.
Houd de installatie- en bedieningsinstructies aan
Voorzichtig
van de meetversterker!
AQC-D1 meetcel
De kabels zijn niet van te voren aangesloten.
N.B.
Zie paragraaf 12.4 Voorbereiden van de elektro-
dekabel voor aansluiting op de meetversterker.
Houd de installatie- en bedieningsinstructies aan
Voorzichtig
van de meetversterker!
1. Sluit de elektroden aan op de corresponderende klemmen
van de meetversterker.
2. Sluit de meetelektroden (D) aan op de corresponderende
klemmen van de meetversterker. Monteer de afscherming
overeenkomstig de installatie- en bedieningsinstructies van
het meetinstrument.
16
Geïsoleerd
gevlochten
afscherming
De temperatuursensor kan niet worden gebruikt
met Conex DIS-D. Plaats de kabels van de tempe-
Voorzichtig
ratuursensor zo dat er geen kortsluiting kan
optreden!
3. Sluit de watersensor aan op de corresponderende klemmen
van de meetversterker.
4. Sluit een aardlekschakelaar aan voor de meetversterker en
reinigingsmotor.
5. Sluit de reinigingsmotor aan op de meetversterker overeen-
komstig de locale regelgeving.
6. Sluit de elektrische voeding aan op de meetversterker.
Controleer voor het aansluiten van de voedings-
kabels of de voedingsspanning zoals vermeld op
Voorzichtig
de typeplaat overeenkomt met de lokale omstan-
digheden! Houd de installatie- en bedieningsin-
structies aan van de meetversterker!
M B/RG/C
Pt 100
1
2
5
7
6
8
9
Sensorinterface
4/
1/
1/
4/
3/
1
11
13
3
1
4/
1/
1/
4/
3/
2
12
14
4
2
Afb. 19 Conex DIA-1 / DIA-2 / DIA-2Q voor montage in
bedieningspaneel
15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35
16
20
22
24
26
28
30
32
34
36
18
3
1
4
4
6
10
9
Afb. 20 Conex DIA-1 / DIA-2 / DIA-2Q voor wandmontage
3
4
Conex
2/
2/
3
4
-
+
1
10
3/
A
3
3/
B
4
4
37 38 39 40 41 42
5
1
2
7
8