PROBLEEM
Slechte
verzendkwaliteit.
Het apparaat kan
geen nummer
kiezen
Verticale zwarte
lijnen bij het
verzenden.
In het
verzendrapport
staat "RESULT
FOUT".
Inkomende Telefoontjes Behandelen
Dubbel belsignaal
in FAX/TEL-stand
Een telefoontje
naar de
faxmachine
doorschakelen
De faxmachine
registreert een
spraakverbinding
als faxtonen.
Speciale functies
op een enkele lijn
SUGGESTIES
Probeer de resolutie te wijzigen in FIJN of
SUPER FIJN. Maak een kopie om te controleren of de
scanner van de faxmachine goed werkt.
Controleer alle aangesloten snoeren.
Controleer of de stroom goed is aangesloten.
Probeer een fax handmatig te verzenden door te
drukken op Speaker Phone (alleen op FAX T-106) of
door de hoorn op te nemen en het nummer te kiezen.
Wacht tot u de faxontvangsttonen hoort en druk pas
dan op Fax Start.
De faxmachine als een kopieerapparaat gebruiken. Als
de kopie hetzelfde probleem vertoont, dan is de glasplaat
van de scanner verontreinigd. Til het bovendeksel op en
controleer het documentpad. Reinig de witte rol en de
glasplaat met isopropylalcohol en een zachte, pluisvrije
doek. (Raadpleeg De scanner reinigen op pagina 13-9.)
Er is waarschijnlijk een tijdelijke storing of ruis op de
telefoonlijn. Probeer de fax opnieuw te verzenden.
Probeer de compatibiliteit in te stellen op MINIMAAL.
(Raadpleeg Compatibiliteit op pagina 13-4.)
Als het probleem nog niet is verholpen, belt u dan het
telefoonbedrijf om uw telefoonlijn te controleren.
De faxmachine heeft waargenomen dat het inkomende
telefoontje geen fax is en geeft met dit signaal aan dat u
de telefoon moet aannemen. Neem de hoorn van de
faxmachine op of neem de telefoon op een tweede toestel
aan, en toets vervolgens de code voor het aannemen van
de telefoon in (de standaardinstelling is #51) (Raadpleeg
Alleen voor de stand FAX/TEL op pagina 5-6.)
Als u bij de faxmachine hebt aangenomen, drukt u op
Fax Start en hangt u onmiddellijk op.
Als u een faxoproep beantwoordt vanaf een tweede
toestel, moet u de driecijferige faxontvangstcode
intoetsen (de standaardinstelling is
zodra de faxmachine opneemt.
Als de functie Fax Waarnemen op de faxmachine op AAN
staat, is deze gevoeliger voor geluiden. De faxmachine
interpreteert misschien per ongeluk bepaalde stemmen
of muziek op de lijn als faxtonen van een zendende
faxmachine en reageert dan met faxontvangsttonen.
Desactiveer de fax door te drukken op #51, als u zich bij
een tweede toestel bevindt, of druk op Stop/Exit, als u
zich bij de faxmachine of een extern toestel bevindt.
Vermijd dit probleem door de functie fax waarnemen op
UIT te zetten. (Raadpleeg Fax/Tel uitgaand bericht
opnemen (F/T BERICHT) (alleen FAX-T106) op pagina
5-3.)
Als u wisselgesprekken, voicemail, een alarmsysteem
of andere speciale diensten op een enkele telefoonlijn
met de faxmachine gebruikt, kan dit problemen
opleveren bij het versturen of ontvangen van
faxgegevens.
Bijvoorbeeld: Als u een faxbericht verzendt of ontvangt
terwijl er een signaal van één van deze speciale
functies op de lijn binnenkomt; kan dit signaal de
faxtransmissie tijdelijk onderbreken of verstoren. De
functie van uw faxmachine voor Foutencorrectie kan
helpen om dit probleem te corrigeren. Deze situatie
heeft betrekking op de industrie van telefoonsystemen,
en komt veel voor bij apparaten die informatie
verzenden en ontvangen over een lijn waarop ook
speciale functies worden gebruikt. Als het voor uw
bedrijf van essentieel belang is dat ook de kleinste
onderbrekingen worden voorkomen, raden wij een
afzonderlijke telefoonlijn zonder speciale functies aan.
Problemen oplossen en routineonderhoud
51). Hang op
13 - 7