6
Installatie en elektrische aan-
sluiting
6.1
Personeelskwalificatie
6.2
Opstellingswijzen
6.3
Plichten van de gebruiker
6.4
Montage
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-DrainLift BOX • Ed.06/2022-10
•
Wikkel de aansluitkabel in een bundel op en bevestig deze aan de opvoerinstallatie.
•
Demonteer aanwezige schakeltoestellen en sla deze conform de instructies van de fa-
brikant op.
•
Sluit alle open aansluitingen goed af. Breng de schachtafdekking aan en sluit de afvoer-
put.
•
De opvoerinstallatie mag niet worden opgeslagen in ruimtes waar wordt gelast. De gas-
sen en straling die daarbij vrijkomen, kunnen de onderdelen van elastomeer aantasten.
•
Bescherm de opvoerinstallatie tegen direct zonlicht. Extreme hitte kan schade aan het
reservoir en de ingebouwde pompen veroorzaken!
•
Elektrische werkzaamheden: opgeleide elektromonteur
Persoon met een geschikte vakopleiding, kennis en ervaring om de gevaren van elektri-
citeit te herkennen en te voorkomen.
•
Montage-/demontagewerkzaamheden: opgeleide vakman installatietechniek voor sani-
taire installaties
Bevestiging en opwaartse drukbeveiliging, aansluiting van kunststof buizen
•
Binnen het gebouw
De volgende opstellingswijzen zijn niet toegestaan:
•
Buiten het gebouw
•
Neem lokaal geldende voorschriften voor ongevallenpreventie en veiligheid in acht.
•
Bij het gebruik van hijsmiddelen dient u alle voorschriften voor het werken onder zwe-
vende lasten in acht te nemen.
•
Stel beschermingsmiddelen ter beschikking. Zorg ervoor dat de beschermingsmiddelen
door het personeel worden gedragen.
•
Zorg voor een vrije toegang tot de plaats van opstelling.
•
Voer de installatie uit conform de lokaal geldende voorschriften.
•
Controleer de beschikbare tekeningen (installatieschema's, plaats van opstelling, toe-
voerverhoudingen) op volledigheid en juistheid.
•
De leidingen dienen volgens de tekeningen te worden aangelegd en voorbereid.
•
De netaansluiting is overstromingsbestendig.
VOORZICHTIG
Materiële schade door verkeerd transport!
Het transport en de plaatsing van de opvoerinstallatie kunnen niet door
één persoon worden uitgevoerd. Er bestaat gevaar voor materiële schade
aan de opvoerinstallatie! De opvoerinstallatie moet altijd met twee per-
sonen worden getransporteerd en op het opstellingsvlak worden uitge-
lijnd.
•
Draag beschermingsmiddelen! Neem het interne reglement in acht.
–
Veiligheidshandschoen: 4X42C (uvex C500 wet)
–
Veiligheidsschoen: Beschermingsklasse S1 (uvex 1 sport S1)
•
Bereid de plaats van opstelling voor:
–
Schoon, vrij van grove vaste stoffen
–
Droog
–
Vorstvrij
–
Goed verlicht
•
Zorg voor voldoende ventilatie in de bedrijfsruimte.
•
Houd een vrije ruimte van min. 60 cm (2 ft) rond de afvoerput aan.
•
Zorg voor een intrekband voor het installeren van de aansluitkabels.
•
Leg alle aansluitkabels volgens de voorschriften aan. Van de aansluitkabels mag geen
gevaar (struikelen, beschadiging tijdens het bedrijf) uitgaan. Controleer of de kabeldoor-
snede en kabellengte passen bij de gekozen installatiewijze.
•
De gemonteerde schakelkast is niet beveiligd tegen overstromingen. Installeer het scha-
keltoestel hoog genoeg. Let er daarbij op dat het nog goed bediend kan worden!
nl
15